Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 21 oktober 2025


In den winter van 1859 immers, toen ik, gedeeltelyk in een kamertje zonder vuur, gedeeltelyk aan een waggelend en smerig herbergtafeltje te Brussel, omringd van goedmoedige maar tamelyk onaesthetische faro drinkers, m'n Havelaar schreef, meende ik iets te zullen bewerken, iets uitterichten, iets tot stand te brengen. De hoop gaf me moed, de hoop maakte my hier-en-daar welsprekend.

Daar ginds, in hun hoek, waren de andere Gallen opgestaan en zij bewogen de heupen op den rhythmischen dans, waarbij hunne voeten niet weken van hunne plaats en zij riepen, rhythmiesch en schel, tusschen de hymne door: Attis! Attis! aanroepende den geliefde van der Goden Moeder en zij rinkelden met hun tamboerijnen en alle de drinkers in de taveerne klapten de handen en zongen: Attis! Attis!

De wijn brengt bij ernstige drinkers slechts een gevoel van achting voort. In de dronkenschap ligt de zwarte en de witte tooverkunst. Grantaire was een wonderbaar droomdrinker. De duisternis van een geduchte dronkenschap, die zich voor hem opende, trok hem aan, in plaats van hem tegen te houden. Hij had van de flesschen afgezien en was tot het slokje overgegaan. Het slokje is de afgrond.

Op den drempel duwde hij de drinkers weg. De Suburra, tusschen bordeel en taveerne, was vol, vol van gedrang, geschreeuw, geblaf, gekrijsch, gebulder, gegil. Maar Nilus' deur, plots, kwakte toe. Twee Gallen, buiten gesloten, smeekten, bonsden op de deur, werden nog even binnen gelaten. Toen, meêdoogenloos, schoven de grendels voor. De slaven ruimden het vaatwerk af van de tafels.

De geweren, zooals ieder hunner er een in zijn hand had, schenen te zamen geen halven dollar waard te zijn. In het geheel zagen zij er beiden uit als volkomen onschadelijk en tevens zoo nuchter, dat zij, gelijk reeds is aangestipt, den lachlust der drinkers hadden gaande gemaakt.

In het dorp Bisztra, waar wij gerekend hadden den nacht door te brengen, vonden wij de bewoners druk bezig met aan de cholera werk te verschaffen. De groote gelagkamer van de herberg was opgevuld met drinkers, zangers en dansers.

Eens zat de keizer weder met zijn mededrinkers bij den Rhenser Koningsstoel en algemeen heerschte er een vroolijke geest, want de paltsgraaf schonk vurigen Aszmannshäuser in groote bokalen. Met welbehagen proefde Wenzel den edelen drank en de overige drinkers hadden geen woorden genoeg, om het edele vocht te prijzen.

De middernachtmis was geëindigd, het kleine nachtfeest was afgeloopen, de drinkers waren heengegaan, de herberg was gesloten, de gelagkamer was ledig, het vuur was uitgedoofd, maar de man zat nog op dezelfde plaats en in dezelfde houding. Nu en dan verwisselde hij van elleboog om op te steunen. Dit was alles. Sinds Cosette er niet meer was, had hij geen woord gesproken.

Uilenspiegel zeide geen woord en ging buiten. Hij trok een taveerne binnen om het drinken niet te verleeren. De taveerne was vol drinkers, die zich onvoorzichtig uitlieten over den koning, de gehate plakkaten, de inquisitie en den Rooden Hond, dien men het land moest uitjagen. Daar zag hij de oude, in lompen gehuld, die gebaarde te slapen naast een kapperken brandewijn.

"Ja, maar het huis is gesloten," zei een der drinkers. "Laat ons aankloppen." "Men zal niet openen." "Breken wij de deur open." Le Cabuc liep naar de deur, die van een zwaren klopper was voorzien en klopte. De deur ging niet open. Hij klopt nogmaals. Niemand antwoordt. Een derde klop. Dezelfde stilte. "Is hier iemand?" roept Le Cabuc. Niets verroerde zich.

Woord Van De Dag

palaemon

Anderen Op Zoek