Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 22 juli 2025
Terwijl hij een beroep deed op hun kennis en onomkoopbaarheid, gebood de bisschop het twaalftal hun oordeel mede te deelen of het vat Moselblümchen. Affentaler, of Aszmannshäuser inhield. Bedenkelijk brachten de rechters de bekers aan de lippen, namen een slokje, vertrokken de mondhoeken, proefden nogmaals en schudden allemaal het hoofd over dezen allerakeligsten drank.
De heer Anselm scheen er zich in geschikt te hebben, dat hij zijn lievelings- en slaapdrank op Rheineck missen moest. Maar op een avond ging hij, door een plotseling invallende gedachte gedreven, langs verschillende afgelegen trappen en gangen naar den kelder van den burcht. Wat voor waarde had het woord van een Kunz? Geen cent. Wat eigen overtuiging? Misschien een scheepslading Aszmannshäuser.
Maar toen de ridder den bisschop de helft van het vat als avonddrank, die bevorderlijk voor den slaap was, aanbood, reikte de heer Anselmus hem zijn hand als leenheer, waarbij de heer Kunz vrijwillig de belofte aflegde, in het vervolg alles, behalve den bisschoppelijken Aszmannshäuser te rooven. Rolandseck Ridder Roland Keizer Karel de Groote werd door een menigte sterke helden omgeven.
Naarmate het later werd, verbeterde de stemming van den aanzittenden gast. Nadat de aartsbisschop reeds de noodige hoeveelheid van het edele vocht, dat zijn gastheer hem bood, met verstand geproefd had, vroeg hij terloops: "ridder Kunz hebt ge niet tot besluit een beker Aszmannshäuser, want sedert jaren gebruik ik dit vocht als een goed bekomende slaapdrank."
En in verhoogde feeststemming drong de bisschop er bij den ridder op aan, hem te bekennen, hoe hij het klaargespeeld had, den verzegelden Aszmannshäuser in dezen ellendigen zuren wijn te veranderen. Daarvoor zou hij hem meedeelen, hoe hij destijds in den kelder van den burcht den Aszmannshäuser ontdekt had.
Je mond heeft je verraden: toen ik hem zooeven toevallig in donker aanraakte hierbij hief vader Anselm de oogen vroom hemelwaarts bemerkte ik een aroma zoo fijn, als slechts de Aszmannshäuser bezit en de mond van je ridder heeft dat op jou overgebracht." De jonkrouw was zoo verlegen, dat ze gaarne door den grond had willen zinken.
"Ridder Kunz, de oom van mijn zedige pupil is wel is waar een groote schelm," meende de vrome heer. "Hij bidt weinig en rooft veel. Daarbij wordt hij verdacht de brutale bandiet te zijn, die in den herfst van ons aartsbisdom de lading wijn weggekaapt heeft. Aszmannshäuser was het," zeide de heer Anselm bij zich zelf, terwijl hij met gefronste wenkbrauwen naar de kielvoren van zijn scheepje keek.
Eenparig verklaarden zij, dat deze zure wijn geen Aszmannshäuser was. Boetvaardig stond de heer Anselm daar, zegevierend ridder Kunz en opgetogen jonkvrouw Adelgonde en jonker Jörg. Eenige weken daarna werd er op Rheineck een vroolijk bruiloftsfeest gevierd.
Bij den heer Kunz, die zich in stilte te goed deed aan het heerlijke druivensap van den geurigen Aszmannshäuser, trad jonker Jörg, de hoofdman zijner lansknechten, binnen en berichtte, dat er beneden een schip met de Keulsche bisschopsvlag voor anker lag. Vertoornd rees de ridder van zijn eikenhouten stoel op, en minutenlang kwelde hem zijn kwaad geweten.
En ridder Kunz moest toen met oprecht leedwezen bekennen, terwijl zijn oogen als die van een vroom schaap flikkerden, dat zijn kelder wel Walporzheimer, Ingelheimer, maar helaas geen druppel Aszmannshäuser bevatte, aangezien die, zooals iedereen wist, van het domein van den aartsbisschop was.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek