Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 10 mei 2025


Zonder dat hij het weet volg ik met een legioen. Een tweede legioen volgt ons op korten afstand. Het Paaschfeest is de dekmantel voor het groote getal Galileërs. Toen de Nazarener zich op weg begaf zeide hij: Wij gaan op naar Jeruzalem en het zal alles volbracht worden aan den Zoon des menschen wat geschreven is door de profeten. Ons wachten spoedt ten einde. Vrede zij u, Simonides. In haast.

Er is wel een oude spreuk, die wil dat het niet altijd goed zij de waarheid te zeggen, maar die spreuk is een drogreden welke ten dekmantel der schijndeugd of der lafheid is uitgevonden. Ik ik zeg de waarheid wanneer dezelve mijn Vaderland ten nutte kan zijn.

In onze koninklijke genade hebben wij het billijk geacht uw verbreken te doen onderzoeken om te zien of het ons veroorloofd was u te vergeven; maar wij hebben bevonden dat de vaderliefde slechts tot dekmantel uwer weerspannigheid gediend heeft, en dat een misdadige hoogmoed u tot ongehoorzaamheid heeft aangespoord."

Ik weet nog niet, of ik my over uw geval bedroeven of verblyden moet: maar ik ben zeer neêrslagtig, als ik zie, dat er zulke goddeloze menschen in de Waereld zyn, die, onder den dekmantel der Godzaligheid, erger doen dan zy, die niet leven onder de indrukken van Dood en Eeuwigheid. Gy zyt dan het slagtoffer hunner geveinstheid en godloosheid! Wat zal ik zeggen!

Wie 't hardst heeft gelachen om een ridderlint, draagt het zelf als ridder op overjas en chambercloak. Dat ongeloovig lachen, ja zeker 't is de dekmantel voor een inwendige blijdschap die zich anders te ras zou verraden. Wie zoekt, of althans wie wil er geen eer! Ja! zelfs de domsten en zotsten, die nooit eenige eer kunnen behalen, ze dringen vooruit als er eerewijn wordt aangeboden.

Het onbeschaamde optreden, dat ze soms tegenover een blanke vertoonen, is haast altijd slechts de dekmantel voor groote verlegenheid en bevangenheid, waarmee ik niet wil beweren, dat er in het geheel geen onbeschaamde kerels onder hen zijn.

De aterling had begrepen, dat de tegenwoordige toestand van het jonge meisje hem tot schild, tot dekmantel kon dienen. Hij voelde, dat zijn leven geen gevaar liep, zoolang hij dat geheim niet geopenbaard had. Ziedaar, wat hem eenigermate gerustgesteld had, en wat dien glimlach te voorschijn getooverd had.

Uilenspiegel antwoordde: Die dikke haas daar wil mij doen verzaken aan den goeden wijn, aan het gerstesap en aan de donzige huid van de vrouwen. Wantrouwig bezag hem de meid. Gij hebt korten adem, zeide zij, gij zoudt niet slecht doen te rusten. Rusten, antwoordde Uilenspiegel, rusten? Maar ik zie geenerlei schuilplaats. Uwe deugd, antwoordde de deerne, zal u tot dekmantel dienen.

Onder den dekmantel van het peetschap meer op hun gemak, omdat de argwaan minder was, waren zij meermalen samen. Eens toen frate Rinaldo bij de donna kwam en er niemand was dan een kleine en aardige meid, zond zij die naar den duiventil met een metgezel van hem om haar het Paternoster te leeren. Zij nam haar kind bij de hand, sloot de deur en zij begonnen op een sofa elkaar te liefkozen.

Wat mij betreft, ik heb mij altijd zeer wel kunnen schikken in deze soort van nieuwsgierige belangstelling, die mijne zwarte of koperkleurige medemenschen mij betoonden: zoolang althans die belangstelling haar karakter van kinderlijke naïveteit niet verloor, en geen dekmantel werd voor kwaadwilligheid of hebzucht.

Woord Van De Dag

meisjesschaar

Anderen Op Zoek