Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !


Eindelijk kwam madame la concierge uit haar slaapvertrek voor den dag, bromde eenige onverstaanbare woorden tegen mij, waaruit ik alleen begreep dat ik vroeger had moeten thuiskomen. Wij stonden in volkomen duisternis; de portierster verliet mij en snelde naar boven. Ik volgde op den tast, onwetend waar mij heen te wenden en zonder besef, hoe dit eindigen zoude.

De dwaas, die wachtte tot een koop voor hem op kwam dagen, zou omkomen van ellende. Weer zette hij zich neder, zwerende dat hij zich uit het venster zou werpen, zoodra het donker was. Hij was echter zoo moe, dat hij op zijn stoel in slaap viel. Plotseling werd hij gewekt door het geluid van stemmen, zijn concierge liet een dame bij hem binnen. "Mijnheer," zei ze, "ik ben zoo vrij...."

Hij verliet ons, en wij wachtten. Wij spraken niet met elkander. Wij durfden dat, hoewel het dwaas was, niet om het groen-lakensche tafelkleed, zooals wij elkaar later bekenden. Wij staarden naar de deur, die de concierge achter zich had toegetrokken, en dan weer naar het venster, waardoor men den regen kon zien vallen. Lang wachtten wij. Ik bevond, dat ik licht hijgde.

Toen hij de binnenplaats overstak, hield de concierge van het huis, die blijkbaar op hem wachtte, hem plotseling staande. ", mijnheer Schaunard!" riep hij hem toe, terwijl hij den artist belette verder te gaan; "u bent toch niet vergeten, dat het vandaag de 8ste is." "Huit et huit font seize. J'pose six et retiens un," neuriede Schaunard; "ik denk nergens anders aan."

Uit de jas bracht mijn vader een beschreven blaadje tevoorschijn, dat hij, niet zonder eerbied, op de tafel neerlei, met de uitlegging: "De spreekuren van den directeur". Die had de concierge voor hem opgeteekend. Ik mocht de spreekuren voorlezen.

"En die daar?" zeide Rodolphe en wees hem de dameslaarsjes; "zijn die ook van mijnheer Rodolphe?" "Die zijn van zijn dame," zeide de concierge. "Van zijn dame?" riep Colline verbaasd uit. "Wat een wellusteling! Daarom wil hij natuurlijk niet open doen!"

Daar hij hem vooruitbetaalde, zag de concierge in de hand van den schilder een goudstuk schitteren, waarom hij, alvorens zijn boodschap te doen, den huiseigenaar, aan wien Marcel nog achterstallige huur schuldig was, ging waarschuwen. "Mijnheer," zeide hij buiten adem van het trappen klimmen, "de kunstenmaker van de zesde etasie heit geld.

De conciërge maakte toen, zonder zich aan het lawaai te storen, korte metten: hij liet de matrassen, de dekens, de kannen, in een woord al het huisraad der Joden eenvoudig uit het raam gooien.

De jonge man wilde antwoorden, toen juist een dragonder-ordonnance de binnenplaats opkwam. "Woont mijnheer Bernard hier?" vroeg hij, terwijl hij een brief uit zijn portefeuille haalde. "Die woont hier," antwoordde de concierge. "Hier is een brief voor hem," zeide de ordonnance, "geef mij het reçu ervoor;" en hij overhandigde den concierge een reçu, dat deze in zijn loge ging teekenen.

Eerst moest het jonge paar getrouwd zijn; zoolang dat niet gebeurd was, werd er niet gestrooid. In lange rij trok de stoet door het dorp en bereikte ongestoord het raadhuis. Daar werden de groote deuren geopend door den veldwachter, die bij trouwpartijen dienst deed als concièrge, en men nam plaats in de trouwzaal, waar vele dorpelingen aanwezig waren om van de plechtigheid getuige te zijn.