Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 9 oktober 2025
Nu die gevangenen, die dat hebben kunnen hooren, ontsnapt zijn, moet die kornel nu niet op de gedachte komen, dat zij zich naar Butler zullen spoeden, om hem te waarschuwen?" "Ja, dat is duidelijk. Dat spreekt vanzelf." "Zoo begreep ik het ook. En om het nadeel, dat daaruit voor hen ontstaan kan, te verminderen, zullen zij dus vroeger opbreken.
Van Osage-nook naar de boerderij van Butler, dat zijn ruim zes uur rijdens als men een goed paard heeft, en met een slecht paard veel langer. Hoe zoudt gij dus vóór den avond terug kunnen zijn? En van avond zullen uw kameraden afgemaakt worden!" "Ja maar, de voeten van de Goede Zon zijn even vlug als die van het vlugste paard!" antwoordde de hoofdman met zelf vertrouwen.
"Neen," was het antwoord. "Dan hebt gij bij de boerderij van Butler niet goed uit uw oogen gekeken. Ik ben Old Firehand. Hebt gij wapentuig bij u?" Meteen trok hij den tramp een mes uit den gordel en haalde een revolver uit zijn broekzak, zonder dat de ontstelde kerel een vinger verroerde om dat te beletten.
Gij behoort tot de tramps, die aan den Osage-nook de Osagen overvallen hebben, die daarna een aanslag beproefd hebben op de boerderij van Butler, en nu hier een half millioen dollars uit den spoortrein wilden halen."
"Rijd er naar toe," vervolgde Old Firehand, "en zeg aan de beide hoofdlieden, dat ik hun verzoek, zoo spoedig mogelijk elk met honderd man naar de boerderij van Butler te komen." "Is dat de geheele boodschap?" "Ja." De Osage smakte met zijn tong, porde met zijn hielen zijn paard aan, en was een oogenblik later in de duisternis van den nacht verdwenen.
Laat mij het leer maar eens even zien." Het meisje gaf het hem, en hij bekeek het met de grootste aandacht. "Kunt gij dan die teekens ontraadselen, sir?" vroeg Butler. "O ja," knikte Old Firehand. "Ik ben zoo dikwijls en zoo lang bij de meest verschillende stammen geweest, dat ik niet slechts hun dialecten spreek, maar ook hun schrijfteekens versta.
"Maar ik zou toch wel willen weten of de ontginning hier op groote moeilijkheden zal stuiten; en dat zal master Butler ons wel in eenige minuten kunnen zeggen. Dus Butler! wat is uw gevoelen daarover?" Master Butler liet zijn oogen nauwlettend over den ganschen omtrek gaan, en zei toen: "Water hebben wij noodig; het allereerste, dat wij noodig hebben, is water.
Daarboven zat mevrouw Butler, die in groote bezorgdheid verkeerd had, en die nu tot haar blijdschap vernam, dat de aanslag glansrijk verijdeld was. "Dus, dan zijn wij nu gered, is het niet?" vroeg zij, terwijl zij een diepen zucht loosde. "Nu die tramps zulke zware verliezen geleden hebben, mogen wij wel aannemen, dat hun de lust, om de vijandelijkheden voort te zetten, vergaan zal zijn."
Later zat Old Firehand met mevrouw Butler op het platvorm van het huis verlangend uitziende naar het zuiden, van waar de verwacht wordende Indianen moesten komen. Eindelijk, reeds een geruimen tijd na het middag-uur, zag hij een lange, zeer lange rij Roodhuiden in aantocht, allen achter elkander juist als ganzen.
Er verliep nog een uur eer men den ingang van het dal bereikte, waarin zich het meer bevond. Die ingang werd bezet, en wel door blanken, daar men, nu hun hoofdman verdwenen was, de Timbabatsjen niet meer blindelings vertrouwen mocht. Butler bevond zich niet meer op het eiland. Hij had met zijn dochter in het gebouw gezeten; onder hen lagen de gevangenen, die met elkander spraken.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek