Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 20 oktober 2025
En zoodra men terdege zijne gevoelens ontleedt, dan merkt men, dat men wel bij eene vondst, als die van den "muur van witheid," het trillende en emotionneerende mooi der intuïtieve psychologie heeft ontmoet bewonderenswaardig èn door haar adelaargelijke, bliksemsnelle manier van ontdekken èn door wat zij ontdekt maar bij al dat andere niet anders heeft genoten dan de strakke schoonheid van het logisch denken, en wel die bepaalde soort ervan, welke men het logisch hèr-denken zou kunnen noemen, dat niet schoon is door het vreemde, het nieuwe, het bijzondere van wat het vindt, maar louter door zijn wezen van logisch-denken-zelf; zooals voor een dalbewoner, die met een verrekijker gewapend, een bergbestijger naoogt, die bergbestijger niet schoon is door de schoonheid van den berg dien hij bestijgt, maar door het menschelijk mooi van moed, lenigheid, spierkracht, en zekerheid, dat tot zijn wezen behoort en zich toont in zijn gang en houding.
Als bijvoorbeeld de zaden van een gras of andere vochtige-weide-plant altemet naar de helling van een naburigen heuvel worden overgebracht, waar de grond, schoon hooger gelegen, nog frisch genoeg is om de plant te doen voortbestaan; als zij vervolgens, na vele generatiën hoe langer hoe verder een droge en bijna dorre berghelling bestijgt en ze slaagt erin, zich te handhaven en voort te planten; dan zal ze zóó veranderd zijn, dat de botanici er een aparte soort van zullen maken.
Ze hebben geen gebruinde tint, maar zien er blank en rose uit, als vrouwen uit het Noorden. De weg van Penmarch volgt eene zuidwestelijke richting, bestijgt een hoogte door de landes, door dennenbosschen en bouwland.
Mogen de goden het mij vergeven, dat ik, zelfs nog in mijn laatste uur, mijn mond niet beletten kan een taal te spreken, die zoo lichtzinnig klinkt. Zooals ìk ben, hebben zij mij gemaakt, en zij moeten het nu ook maar voor lief met mij nemen. Ik wreef in mijne handen toen ik koning werd; moogt gij de hand op uw hart leggen, als gij den troon bestijgt!
Eer gindsche ster verzonk, zal 't met mij stijgend Duister des Hemels koningloozen troon In eeuwgen nacht omwikklen. Wat bedoelt gij? Die vreeselijke Schaduw vliegt omhoog Van zijn troonzetel, als de doodsche damp Van steden die de aardbeving heeft verwoest Over de zee. Zie! hij bestijgt den wagen; De paarden rennen als ontzet! Aanschouw Zijn pad tusschen de sterren, nacht-verduistrend!
Hij bestijgt eindelijk de treden, en nu vertoont zich het schouwspel, dat de aandacht der menigte zoo lang in gespannen verwachting hield.
Bij de aankomst aldaar houdt de opperste iman eene rede, in welke hij den sultan vermaant alle krachten in te spannen tot handhaving en verbreiding van den Islam, waarna dit door den sultan op den Koran bezworen wordt. Hierop bestijgt de sultan eene marmeren tribune en wordt door den sheikh Ul Islam met het zwaard omgord. De moskee is geheel van marmer en omgeven van boomen.
Bij 't bezoek aan het graf, dat met kostbare wijgeschenken en fraai met goud en zilver bestikte tapijten versierd is, bestijgt men ook den toren der moskee; en van den omgang, waar de muezzins bij 't ondergaan der zon met luidklinkende stem de geloovigen tot het avondgebed oproepen, heeft men een onmetelijk uitzicht op de golvende zandzee, die zoo veel drama's en verschrikkingen in haren schoot bergt en waarvan het kleine, in het zonlicht schitterende dorp met zijn slanke palmen slechts een verlaten post schijnt te zijn.
Waarom bestijgt gij niet den vermakelijken berg, die begin en aanleiding is van alle vreugde?" 79 "O! zijt gij die Virgilius en die bron, die zoo milden stroom van spreken vergiet?" antwoordde ik hem met beschaamd voorhoofd. 85 Gij zijt mijn meester en mijn leidsman; gij alleen zijt het, van wien ik den schoonen stijl genomen heb, die mij eere gemaakt heeft.
Men gaat per rijtuig langs den grooten weg tot aan den heuvel, waarboven de indrukwekkende steenmassa's van de oude abdij verrijzen. Daar wordt de weg zoo steil en steenachtig, dat wij te voet verder moeten gaan. Halverwege de helling zien we een monnik van gemiddelde grootte, die met ons den lijdensberg bestijgt.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek