Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 30 juni 2025


De Prior was een geleerd man, en had natuurlijk wel eens wat van Columbus' plannen opgevangen, zoodat hij weldra met hem in een ernstig gesprek verdiept was, en toen Columbus, na door spijs en drank versterkt te zijn, aanstalten maakte om weer verder te gaan, wilde de Prior hiervan niets weten, en zeide, dat een man als Columbus niet als bedelaar van de eene plaats naar de andere mocht trekken, en althans dezen nacht de gast van het klooster bleef.

Maar den ouden koning ergerde het, dat zijn dochter niet anders deed dan spotten, en dat zij allen versmaadde, die haar wilden huwen; en hij werd zoo toornig, dat hij een eed zwoer haar den eersten den besten bedelaar, die aan de poort kwam te doen trouwen. Een paar dagen daarna kwam er een speelman, die onder het venster begon te zingen, om daar een aalmoes mee te verdienen.

De heer keek eens in de pet en zag niets anders dan eenig kopergeld. "Wordt je niet moe, oude man, met zoo den heelen dag te spelen? Wil ik je eens aflossen, dan kun je wat uitrusten!" zei de heer. "O, als u ook spelen kunt, graag!" was het antwoord en de viool ging uit de handen van den blinden bedelaar in die van den rijken heer over.

Voor den duivel, dominé, ik zeg je: ik ben een aangekleed lijk. Onze lieve Heer weet 't best, hoe weinig leven er in me is." De bedelaar boog zich voorover en luisterde met heel zijn ziel. De oude Majoorske zat voor 't vuur en wiegde heen en weer. Ze zag hem niet aan onder 't spreken.

Zoodra er steenen op den weg liggen en de rit moeielijk wordt, weten ze niets beter te doen, dan den wagen om te werpen en door te hollen. Op een kouden Decemberdag kwam een bedelaar den Brobyheuvel op. Hij was gekleed in de ellendigste lompen, en zijne schoenen waren zóó versleten, dat de koude sneeuw zijn voeten nat maakte.

Ik volgde hem evenwel, daar hij de kazerne verliet, om met mij naar zijne woning te gaan. Zoo diep rampzalig in mijn gemoed was ik, dat ik onderweg met glinsterende oogen eenen bedelaar aanschouwde, en in mij zelven met een gevoel van heeten nijd uitriep: "Hoe gelukkig! Hij is vrij!"

Niemand wist waar hij haar heên bracht, maar zij kwamen nooit weêr terug. Zoo kwam hij ook eens aan de deur bij een man, die drie mooie dochters had; hij zag er uit als een arme zwakke bedelaar en hij droeg een zak op den rug, als wilde hij de goede gaven daarin verzamelen.

De bedelaar sloeg de hand aan de slee en duwde die voort. 't Meisje wendde zich om en zag naar hem. "Je moet niet denken, dat je er iets voor krijgt," zei ze. De bedelaar lachte luid. "Je bent zeker de dochter van den dominé uit Broby," zei hij. "Ja, dat ben ik. Een armer vader heeft menigeen, maar een slechter vader heeft niemand.

De bedelaar staat haar aan te zien en voor zijn oogen wordt ze van zestig twintig en van twintig weer zestig jaar oud. "De dominé komt van middag weer thuis," zegt hij. "De freule doet 't best met naar de herberg in Bro te rijden en van middag weer terug te komen. Dan sta ik er voor in, dat hij weer thuis is."

Zoo'n knecht kon de smid juist gebruiken. En de onnutte bedelaar was een eerlijk handwerksman geworden. Zijn bus en monnikskap werden naar het klooster teruggebracht. Anderen gingen het Evangelie verkondigen. En wie daarvoor te dom waren, maar zich toch ook nuttig wilden maken voor de goede zaak, na een leven van luiheid, gingen boeken over de Hervorming venten.

Woord Van De Dag

bakels

Anderen Op Zoek