Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 6 oktober 2025


Deze laatste zonderlinge maagschapsnaam, in de zuidelike Nederlanden inheemsch, en door zyne byzondere spelling van hoogen ouderdom getuigende, valt moeielik te verklaren. Beteekent hy: met den angst? en is hy dus wellicht oorspronkelik anders niet als de bynaam voor eenen angstigen, vreesachtigen, bangen man? Zie § 148.

"Och, kom nu toch, je moet dien bangen jongen zien; die durft gewoon de helling van de brug niet op;.... kijk die glijen.... och heer, daar komt onze juffrouw ook; dat mensch moest niet uitgaan, nu 't zoo glad is,.... als ze v

Maar alles, wat zij dien dag had doorgemaakt, het droevige gevoel van verlatenheid, dat haar weer overvallen was na het ongeluk aan tafel en vooral het wreede, hatelijke gedrag van Cécile, hadden haar in zulk een bittere stemming gebracht dat het haar was, als leefde ze in een bangen droom en als was zij plotseling van de vroolijke, levenslustige Elsje veranderd in een arme verschoppelinge, door niemand begeerd en door niemand bemind.

O, kijk toch, kijk".... En ik keek, ze was dood. Heel beneden lag ze, schuin neêrgekomen na den tuimel, gevallen op de goorgele biesruiten van de vloermat onder aan de trap; plat lag ze zoo, plat op haar zij, donker, met den staart achter zich aan, als was ze doodgebleven in een bangen sprong.

Soms plaste een groote visch in het water, maar verder was het stil en drukkend warm als in een bangen droom. We stonden al vroeg op, om weer op de jacht te gaan, maar het resultaat was al niet beter dan den vorigen dag. Gelukkig zeilden we toen spoedig weg in helder weêr en een frisschen wind.

Op de burcht werd over dien harden eisch beraadslaagd. »De helft die aan my komt, zal die vrij zijn en van alles kwijtgescholden?" vroeg Bertrade. »Dat zal zy," andwoordde men haar. Toen onderwierp zy zich aan den bangen nood, die haar dwong om toe te geven. De poort werd geopend, en daar de brug geheel vernield was, werden er horden gelegd, waarover 's Graven leger binnentrok.

Het begin van zijn ellende scheen zoo ver, verloren in grauwen mist. Spoorloos gleden de zachte droomen van zijn ziel, Pluizer schudde hem, en de sombere dag begon, traag en kleurloos, de voorlooper van vele, vele andere. Doch wat hij den vorigen avond op dien bangen tocht gezien had, bleef hem bij. Was het slechts een afschuwelijk visioen geweest?

Op elken heuvel troont eene witte kerk, die haar groenen, met een verguld kruis versierden koepel boven het geboomte verheft. Het land, de lucht en de zee, alles is in harmonie, boeit en bekoort u; het geheele tafereel laat een onuitwischbaren indruk achter, dubbel aangrijpend voor ons, na den doorworstelden bangen stormnacht.

Met de middlen, met de wegen Van zijn wijsheid, van zijn macht, Komt de algoede zijn geslacht Op den bangen dwaalweg tegen; En daar straalt een spoor van zegen Door de wanorde en den nacht. Wat al kreeten....« »He, meneerzegt de jongen; »dat zou een mooi vers geworden zijn; jammer dat het hier uitscheidt«....

Woord Van De Dag

slonsige

Anderen Op Zoek