Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 16 juli 2025
Ging een edelman er toe over een streek droog te leggen, dan werd hij vooraf door den graaf bekleed met zekere macht over dat stuk grond: hij kreeg het ambacht of ambt van rechter. Zijn titel werd heer of ambachtsheer. Thans zijn er hier en daar in ons land nog ambachtsheeren en -vrouwen.
"Komaan Ned, gij een walvischvaarder van uw ambacht, gij die met de groote zoogdieren der zee gemeenzaam geworden zijt, gij die u gemakkelijk het bestaan van zulke monsters verbeelden kunt, gij moest de laatste zijn van onder zulke omstandigheden nog twijfel te voeden." "Daarin bedriegt gij u juist, mijnheer de professor," antwoordde Ned.
De afgesneden vingeren werden onderzocht en bevonden als zijnde die van eenen ouderling, dewelke van geenerlei ambacht kon zijn, want zij waren dun en fijn, en de nagelen lang, lijk die van rechters en geestelijken.
Hij sprak over de noodzakelijkheid van het onderwijs voor alle standen der samenleving, en spoorde bovenal de werklieden aan om hunne kinderen niet in de onmacht en de slavernij der onwetendheid te laten. Het onderwijs, zegt hij, is heden voor iedereen eene dringende noodzakelijkheid, tot welke loopbaan of ambacht men ook zij bestemd.
In Parijs werd er een keus uit ons gedaan; de sterksten kwamen bij schoorsteenvegers of rookverdrijvers in dienst; die niet krachtig genoeg voor een ambacht waren, gingen op straat zingen en op de lier spelen. Garofoli gaf mij twee witte muizen, die ik op straat en voor de deuren moest laten kijken en hij rekende uit, dat ik daarmede vijftien stuivers daags zou verdienen.
Alleen de aard der komiek is nog altijd dezelfde als die van het epithalamium: zij berust doorgaans op de symbolische aanduiding der sexueele dingen, of de travesti der geslachtsliefde in de begrippen van eenig maatschappelijk bedrijf. Bijna elk werk of ambacht leende zijn termen tot erotische allegorie, toen als altijd.
Hy oefende z'n ... ambt uit, als 'n beroep of ambacht, en dacht er niet aan verschil van toon te leggen in de mededeelingen: dat hy "by de kerk" was gegaan, en: dat z'n broers in Noordbrabant de zaak van z'n vader voortzetten, die hoefsmid en herbergier was geweest. En wat wil jy worden, jongeheer? vroeg hy aan Wouter. Want ... ieder moet wat worden in de wereld. Heb je geen zin in boekbinden?
Dan was ie pas honderd en vijf, en dat had hij makkelijk kennen worden ook. Maar dat mot ik de heeren toch reis vertellen. Hij was bij een boer, Stoetema hiette de boer, an 't werk; want me vader was een timmerman van zijn ambacht. Wat wil 't geval. Hij krijgt zoo klakkeloos de koors op 't lijf.
En al die anderen, zoo mannen als vrouwen, wat doen ze anders, dan heel den dag bezig zijn in wat strekt om den mensch te doen wonen, den mensch te kleeden, den mensch spijs en drank te bereiden? Daarvoor zuchten de stoomwerktuigen en zwoegen de fabrieken. Daarvoor leeft de nijverheid en bestaat alle handel. Daarvoor rept zich de landbouw en spoedt zich de man van het ambacht.
Indien wij deze twee deugden, voorzichtigheid en moed, steeds bij elkander voegen, zullen de Fransen geen tijd hebben om de boeien aan onze voeten vast te maken." De Deken der beenhouwers gaf door een heldere glimlach zijn blijdschap over deze loftuiting te kennen. "Ja," antwoordde hij, "onder mijn ambacht zijn dappere mannen, Meester Pieter.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek