Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 8 oktober 2025
"Dank, o hemel, hij leeft, mijn broeder leeft! Robrecht, Robrecht!" galmden de jonkvrouwen, hem met zinnelooze blijdschap aan den hals vliegende. "Gij leeft, Disdir heeft ons bedrogen? Welk geluk!" "Geen woord, geen woord!" beval de jonge ridder met vurige haast, "Komt, komt!"
Niet zelden kregen zij, zonder het te vermoeden, eenen zinnelooze tot leidsman, en daaruit ontstonden koddige misgrepen en verrassende tooneelen, die den ganschen dag het voorwerp bleven van de vroolijke scherts der soldaten. Op de Groote Markt zelve, te midden der Westelijke zijde, werd den sergeant-majoor en den fourier van verre hun logement aangewezen.
Maar nauwelijks had zij den mond geopend, of daaruit stroomde een geheele vloed van zinnelooze, jaloersche verwijten en alles, wat haar het laatste half uur, dat zij onbewegelijk aan het venster had doorgebracht, gekweld had.
Wij gaan dalen, nog eens dalen, altijd dalen! Weet gij wel, dat wij om het middelpunt van den aardbol te bereiken nog maar vijftien honderd uur gaans behoeven af te leggen!" "Ba!" riep ik uit, "dat is waarlijk de moeite niet waard om er van te spreken! Op weg! op weg!" Deze zinnelooze gesprekken duurden nog voort, toen wij bij den jager kwamen.
Natuurlijk was, toen de onder-officiers te zamen bij eene tafel hadden plaats genomen, het eerste onderwerp hunner redekaveling de wonderlijke zinnelooze, die daar juist was weggegaan. De sergeant legde hun uit, wat hij over dezen man had vernomen.
Maar heel de schaal der vermaken, van de zinnelooze orgie tot de meest verfijnde intellektueele genieting, slaagt er niet in om van de oververzadigde zinnen en de verschrompelde harten af te houden het grijnzende spook der schrikkelijke verveling, de "ennui," de doodelijke levensleegte die de ziekte der eeuw en de Nemesis van elke klasse is, wegzinkend in ontaarding.
Romaan sprong lijk een zinnelooze naar heur en zijn koffiekopje viel kletterschervelend in brokkelingen uiteen op den vloer. Hij duwde haar op zijde en liep haar voorbij, de ziekenkamer in. Tante Olympe begon schrikkelijk te beven en ze bad: Aai-Heere! Aai-Heere! wat is er nu? Goedele nam Madeleen in hare armen en Ameye bracht een glas water aan hare lippen. Ze paaiden haar, vragend: Hebt ge zeer?
"Ha, ha, Baptist, wat doet ge daar?" riep de sergeant-majoor, die zich herinnerde dien naam van de bazin te hebben gehoord. "Ik vlieg.... ik vlieg naar de maan!" antwoordde de zinnelooze. "Maar gij zijt er reeds geweest." "Ik keer er terug naartoe: het deugt hier niet voor mij." "Is het zoo, met uwe armen uit te slaan, dat gij meent in de maan te geraken?" "Neen, ik wil eerst leeren vliegen.
't Is grootsch menschen bijeen te zien voor een groot doel. Laat ze uittrekken om hun weldoeners te huldigen, om hun vaderland te verdedigen, laat ze uittrekken! Maar noch honger, noch godsvrucht, noch oorlog heeft deze menschen op weg gedreven. Hun moeite is vergeefsch, hun arbeid zonder loon, zij zoeken alleen een zinnelooze.
Dan eerst vielen de baanwachter en zijne vrouw met zinnelooze vreugd in elkanders armen, en zij mompelden zegenend den naam van God, die in Zijne goedheid zich hunner had erbarmd op het oogenblik zelf, dat alle hoop hun was ontsnapt. "Gelieft mij nu aan te hooren," zeide de jonge heer Vereecken. "Dat gij eer en vrijheid terugbekomt, schijnt u het opperst geluk. Het is niet genoeg voor mij.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek