United States or Mauritania ? Vote for the TOP Country of the Week !


Nu Wouter-zelf: hy naderde Amalia's kroos, en juist toen-i hoopte haar te redden uit haar gevangenschap, of die te deelen zoo 't behoort, werd-i opgeslokt door 'n eend. Die daaraan zeer verkeerd deed. Want het was Wouter's laatste strootje, en in 't geklapper van den molen hoorde hy duidelyk Amalia's verwytend geklaag: Warre, warre, warre, wou.

Als 'n bliksem vloog hier Styntjes mededeeling dat Femke niet van "pastoor hiernaast" hield, door Wouter's gemoed. Lieve, beste, brave Femke! Of prinses Erika van pastoor Koens houden zou, als ze hem kende! Hy zingt 'n kyrie... weet je wat 'n kyrie is? Want je bent niet van de Kerk, niet waar? Gut, ik ben er niet boos om, want de een is zóó, en de ander is zóó. Er zyn Turken ook.

Daar hing 'n noordhollandsch-friesche kap op 'n mutsebol, maar... De deur werd behoedzaam geopend, en 'n onzichtbare hand die om den rand boog, hield Wouter 'n elegant mutsje voor... precies geschikt voor veroveraars, en jongeluî die 't worden willen. Wouter sperde mond en oogen op, en stond daar als 'n verbaasde Term... Wouter's verbazing was gegrond.

Dit was meer dan Wouter's geschokt gestel verdragen kon. Nooit zou hyzelf zich 't verloochenen van Femke vergeven, maar nu had zy, de edelmoedige, de groote, de majestueuze, hem vergiffenis geschonken ten-aanzien van 't gansche Volk! O, d

Op deze waarachtige historie grondt zich myn ongeloof aan de buitengewone fatsoenlykheid van de Hallemannetjes, en ik hel over tot de meening dat dit fatsoen eigenlyk niets was dan 'n uitvindsel van Wouter's moeder, omdat ze "nauw behuisd" was.

De bespottelyke ingenomenheid met Wouter's vermeende gaven, maakte hem die schoolkennis tot nacht- en dagmerrie, en 't had er veel van of men hem by-voorbaat wilde genezen van mogelyke roemzucht. Natuurlyk kende hy zichzelf volstrekt niet, en had dus niet den minsten grond om aan die laatste veronderstelling 'n plaatsje te gunnen in z'n overwegingen.

Zoo'n uitspatting van den geest kwam haar zeer gevaarlyk voor, want ze begon nu in allen ernst te meenen dat de heele familie gek was, en dat zy in Wouter daarvan slechts 'n klein staaltje gezien had. Toen, eenige uren later, de dokter-zelf zich de moeite gaf juffrouw Pieterse te komen geruststellen, kende de vreugd over Wouter's verheffing geen grenzen.

En telkens als er regen noodig was, bleef 't weken lang droog weer. Maar 't plasregende als alles onder water stond. En dan las men in de courant: als nu de wind maar oost werd! Welnu, de wind werd niet oost. Wouter's God scheen niet te weten dat de wind oost worden moest, en dus nog dommer te zyn dan zoo'n krant. Is dat 'n behoorlyk bestuur? Is dat orde? Is dat 'n wereld regeeren?

Noch de God van bliksem en donder uit de Schrift, noch de andere... Die andere! Waar was-i toen Petrus struikelde? Waarom was hy zoo gierig op 'n beetje staal in 't mengsel waaruit Wouter's ziel gegoten werd? Maar... als 't Gods schuld was, dacht-i, dan behoefde ik zoo beschaamd niet te zyn!

Nu moet ik erkennen dat Femke-zelf er ook niet veel van begreep. Sedert vier, vyf, jaren las ze dagelyks in dat boekjen, en was altyd tevreden geweest met de maat van haar begrip. Maar nu ze door Wouter's onnoozelheid in morâ gesteld werd, reden te geven van haar geloof, bemerkte zy voor 't eerst dat zy even onwetend was als hy. Zy voelde schaamte hierover, en sloeg 't boekje dicht.