Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 12 juli 2025
Het dessert kwam, en mevrouw Witse liet met zekeren nadruk de flesschen veranderen. De heer Vernooy, in de goelijkheid van zijn hart, begreep dadelijk dat er een toost op den jongen candidaat wezen moest, maar hij was de man niet om toosten in te stellen.
Ondertusschen werden de omstandigheden al nijpender en nijpender. Mama Witse begon met eene hooge kleur hare oogen ongerust te laten rondgaan, en maakte telkens kleine pauzen in haar gesprek. Verscheidene glazen waren reeds weder ledig, en alle flesschen aangebroken. Het moest eindelijk.
De heer en mevrouw Witse waren eerst onlangs met haar in kennis geraakt; zij maakte derhalve allerhartelijkst, allerbevalligst, en allerinnemendst haar compliment voor mijnheer en de "lieve mevrouw". Daarop werd ze aan de Van Hoels voorgesteld, waarop zij terstond met een allerliefst lachjen en mooien mond met tanden vroeg: of zij van de familie van mevrouw Van Hoel te Utrecht waren, die zij het pleizier had 't kennen, en dat een aller-allerliefste vrouw was.
Nog eenmaal waagde Gerrit zich aan Klaartje, en vroeg haar naar de ligging van haar Buiten; hij vertelde haar, hoe hij er voorbijgekomen was, en haar had gezien. "Hij deed toen een voetreis." "O!" zei Klaartje, "een voetreis; een geleerde reis zeker, mijnheer Witse?" Hij kon niet antwoorden; tranen van spijt sprongen hem uit de oogen.
Om de waarheid te zeggen, het was 's mans zwakke zijde. De heer Witse was een zeer welgesteld man uit den deftigen burgerstand en notaris van beroep. Hij had een heel goed en helder verstand en ook veel verworvene kennis; maar zijne denkbeelden omtrent de meerderheid van een gestudeerd persoon waren alleroverdrevenst.
"Wel," antwoordde mevrouw Witse; "hoe oud was de jonge hoe-hiet-ie-ook-weer zoowat, toen hij professor wierd?" "Tut, tut, tut!" antwoordde de heer Witse, terwijl zijne oogen van genoegen schitterden en zijn aangezicht zich zenuwachtig bewoog; "je moet zoo hoog niet vliegen, moedertje. Als hij maar een knap dokter wordt, dat is heel wel."
Witse heeft me verteld dat het twee dagen geduurd heeft; maar hoe het examen heette, dat ben ik vergeten. Zooveel is zeker: den eenen dag heeft hij een heel lijk ontleed, en den anderen dag heeft hij ... enfin! heeft hij weer wat anders gedaan, maar alles even knap." "Ba," zei Klaartje; "een lijk." "Hij heeft zeker de hoogste?" vroeg mevrouw Vernooy. "De hoogste wat?" vroeg haar man.
"Och," zei de oude Witse, "wij zullen er maar niet over spreken; maar het is een miserabel ding. De menschen zeggen allemaal dat je knap bent; en wanneer er iemand is, dan ben je altijd stil en ingetrokken. Wij merken er het minste van. Ik kon duidelijk aan mijnheer Van Hoel zien, dat hij dacht: is dat nu die knappe Witse?" "Ja, Gerrit! het is niet pleizierig," voegde mama er bij.
"Gerrit!" "mijnheer Witse!" klonk het met allerhande stembuiging over de tafel; de glazen werden neushoogte opgelicht, en daarna gedronken.
"Het is meer gebeurd," zei Witse, zonder eigenlijk te weten wat dit beduidde. "O ja; waarom zou het ook niet plaats kunnen hebben?" zei mevrouw. "Men kan zich niet meer appliceeren dan Gerrit," hernam Witse. "En hij zou, geloof ik, wel veel geschiktheid hebben om te onderwijzen!" ging zij voort. "Dat geloof ik ook; en ik denk ook wel dat ze zulke jongelui in 't oog houden," voegde hij er bij.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek