Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 4 juni 2025
Nu warrelen en dwarrelen de gedachten, die ik daarover heb, nog door mijn brein, als vallende blaren, die vooruitgedreven worden door den wind. Wat eene vergelijking hè? De ochtenden zijn goddelijk, de avonden eveneens, doch zoo midden op den dag zou ik wel aldoor in 't water willen liggen, als dat nu ook niet zoo lauw was.
Het eerste wat ze voelde was een blijdschap, sprankelend in haar hoofd, want heimelijk had ze er op gehoopt, dat iets dergelijks eens zou gebeuren, één van die dagen, dat ze 's ongestoord een paar uur met Paul alleen zou kunnen zijn , maar 't was er zoo in-eens nu, zoo onverwacht...; dadelijk kwam een vaag belemmerend tegen-op-zien haar verheuging storen.... Er was zooveel waar ze naar vragen wou aan Paul, waarover ze zijn meening wilde weten ... maar gek! ze herinnerde zich er plotseling niets meer van.... Ze voelde dat ze niet wist wat ze zeggen, noch op welken toon ze met hem praten kon.... En toen merkte ze de aarzeling van zijn antwoord op; ze keek naar hem, ze zag dat zelfs zijn voorhoofd rood werd, dat zijn trekken barsch en wrevelig stonden als van een plotselinge ergernis..., en 't was of alles uit haar week...; het niet-begrijpen, de teleurgesteldheid werd een weeë leegte; er kwam een wazig warrelen voor haar oogen; de heele middag kreeg iets sombers en iets angstigs.... Hij wou niet!... wou niet graag met haar alleen zijn; was ze hem dan toch niet sympathiek, vond hij haar dom, vervelend, onbeduidend?... Zij was wel niet gekrenkt, want eigenwaan bestond in haar niet o neen! ze wist ook wel, ze wás een schaap , maar ze had er wel iets over willen zeggen: dat hij 't toch vooral niet doen moest als hij andere plannen had, dat ze eigenlijk ook best alleen kon gaan, of zoo..., maar 't ging niet; er was een zware loomheid die haar zwijgen deed; ze slikte, droog, en voelde iets branden achter in haar oogen....
Een kolossale rotswand had zich aan mijn oog vertoond als een reusachtige, met millioenen witte stippeltjes bedekte lei, onmiddellijk na de losbranding van het geschut scheidden een aantal van deze stipjes zich af van den donkeren achtergrond en werden levend; het waren Vogels, schitterend witte Meeuwen; eenige minuten achtereen daalden zij naar beneden in de zee, zoo dicht opeengepakt, zoo aanhoudend, alsof er onverwachts een sneeuwstorm was opgekomen, die reusachtige vlokken uit de lucht naar beneden deed warrelen.
Om haar heen zonk een vage droomerij neêr, als met lichte wolkjes, waarin gezichten even opgluurden, waaruit gezegden zacht afklonken, zonder logischen gang, in een doelloos warrelen van herinnering.
Een vreeslijk warrelen en woelen begon. Bijna had ik luide gebalkt van ontzetting. Ik balkte echter niet en onder de zwarte schaduwen en tusschen struikgewas en struweel, sloop ik terug. Ik glipte over de padden, die angstiglijk brulden. Ik struikelde over de slangen. Ik wist niet of zij dieren waren, gunstig aan Chersonesus of ongunstig.
En men begrijpt niet waar vandaan, in deze van alle zijden besloten spelonk, tot de fakkeldragers, hun toorts in een snellen cirkel zwaaiend, het licht opwerpen tot aan de welving, waar, in een zwarte werveling, tienduizenden vleermuizen warrelen, die de lucht wannen met hun reppende vlerken.
Op een dezer platen is een geheele zwerm van kievitten, minstens vijftig in getal, neergestreken: zij verzamelen zich daar voor de verhuizing naar zuidelijker klimaat, warrelen door elkaar en zwieren nu en dan boven de rivier. Een andermaal hoop ik over de fauna van de Rijnoevers te spreken.
Ruwe uitdrukkingen als men Zola een aschkarreman mag noemen, dan weten wij niet, welken titel voor den jongen Goethe te kiezen worden door zachtere vervangen: het stuk kan thans onder de "Weiblein" komen. Zoo het phantastische waarzegsters-tooneel, waarin bij het vlammen der wachtvuren en het warrelen der sneeuwvlokken de jonge Zigeuner met de betuiging van zijn wulpschheid angst aanjaagt.
In zijn jeugdig brein warrelen allerlei gedachten dooreen en draaien zich om één hoofddenkbeeld: "Niet weer terug naar die akelige kamer en niet naar het Gesticht." Werktuigelijk loopt hij voort; even werktuigelijk blijft hij nu en dan voor een helder verlichten winkel staan kijken, om dan weer opnieuw zijn wandeling voort te zetten. Bijna zonder het zelf te weten is hij de Kalverstraat genaderd.
En toen op eens, zonder eenige voorafgaande waarschuwing, kwam een storm van den zeekant opzetten, die elkeen, die op straat was, van de been gooide, alles wat los was in de lucht deed warrelen, en die ons in de gangen van het hotel zelfs met moeite liet staande blijven.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek