Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 12 oktober 2025


Buiten vier of vijf, die de wacht hielden, om nog de ridders en de wapenknechten te treffen, die zich roekeloos onder hun bereik waagden, bleven de Kerels van dan af gansch ondadig.

Door zijne mannen gevolgd, stormde Robrecht in den Steen. Op den voorhof stieten zij wel op de twintig wapenknechten, aan wie de wacht was toevertrouwd, maar Robrecht, door de woeste slingeringen van zijn zwaard, smeet er twee of drie omverre en liep, zonder nog om te zien, naar het achtergebouw, waar hij in eene verlichte kamer de schaduw van Disdir Vos meende te zien wemelen.

Intusschen had de koning zijn gevolg van ridders en wapenknechten den ruststand bevolen, en was zelf van paard gestegen, om van zoo dichtbij als mogelijk de kerk en den toren te bezichtigen. Hij deed nu eenige stappen vooruit met den veldheer der Isegrims en met Baudewijn Van Aelst, die zich gereed hielden om hem desnoods de uitleggingen te geven, welke hij zou kunnen verlangen.

"Ik kom u reeds iets vragen", zeide Disdir. "Spreek stoutelijk." "Mij zou het vermaak doen, veldheer, dat gij een twintigtal trouwe, moedige wapenlieden onder mijn bevel steldet. De jonkvrouw, waarvan ik u heb gesproken, Dakerlia Wulf, zou ik zoowel tegen mishandeling door uwe wapenknechten als tegen ontvoering vanwege de Erembalds willen behoeden." "Doe naar uw goeddunken, mher Vos.

De koning wendde zich om en deed een teeken tot de oversten die op zijn bevel stonden te wachten. Eene groote beweging liet zich oogenblikkelijk tusschen de ridders en wapenknechten opmerken. Ieder steeg te paard of schikte zich in zijn gelid. Insgelijks naar zijn paard stappende, vroeg de koning aan mher Van Praet: "Veldheer, heeft men nu eene betere herberg voor mij doen bereiden?"

Links daarvan, op een vrij uitgestrekt plein, hetwelk met fraaie ijpeboomen omgeven en door een gevlochten heining tegen alle inbreuk beveiligd was, oefenden zich eenige wapenknechten, althans dit geleken zij van verre te zijn, in het schieten met den kruisboog.

Terwijl de Kerels als eene uitdaging hun lied over de Markt deden schallen, zagen de Fransche ridders en wapenknechten verwonderd op naar deze handvol mannen, die zoo onbevreesd en vroolijk schenen, een oogenblik zelfs voor hunne nederlaag en hunnen dood.

Terwijl hij nog sprekende was, werd hij in zijne rede onderbroken door eenen Kerel die over de Markt wees en zeide: "Ziet, ziet, ginder ten einde der Markt! Men gaat ons aanvallen! Vele benden wapenknechten, boogschutters ..."

Om de arbeiders en wapenknechten tegen de steenen en pijlen der Kerels te beschutten, kon men het groote werktuig binnen in het klooster stellen, daar, waar de refter van achter tegen den toren raakte. Dus onder dak staande, zouden degenen, die den beukram moesten bewegen of bestieren, geheel buiten bereik des vijands blijven, en men zou geene of zeer weinige mannen verliezen.

Eenigen der ongewapende poorters en vrouwen waren tusschen of achter de priesters buiten den burg geslopen; maar niet zoohaast hadden de ridders en de wapenknechten hen bemerkt, of men had pijlen op hen gemikt, zwaarden tegen hen opgeheven en hen onder schrikkelijke bedreigingen terug binnen den burg gejaagd.

Woord Van De Dag

vorstengeslachten

Anderen Op Zoek