Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 7 oktober 2025
Hij begaf zich dus naar Tristan en zeide tot hem: "Booze tongen spreken kwaad van uwe verhouding tot de koningin. Al geloof ik zelf, dat het slechts vuige laster is, wat zij zeggen, toch moet men ook den schijn van het kwade vermijden. Daarom verzoek ik u niet langer de vorstin in hare vertrekken te bezoeken en u voor eenigen tijd van het hof te verwijderen."
Daar bleef het trouwens bij: Fietje was slim genoeg om geen domme dingen te begaan, en de drie oude heeren vroegen ook al niet veel meer dan wat met haar te mogen geuren, zoodat door-gaans wel-ingelichte, ernstige menschen met grond van waarheid mochten beweren, dat het niets dan vuige laster was wanneer verteld werd, want dat werd wel eens verteld dat Fietje, voor bewezen diensten, nu eens van 't Barontje een nieuwen hoed, of van meneer François een bont, of van Plus-Que-Parfait een paar handschoenen cadeau gekregen had.
Wat al leelijke aantijgingen, wat vuige beschuldigingen door een naamlooze uitgekraamd! Hij moest de stilte verbreken, toonen dat Snepvangers door zoo iets niet in zijn eer kon gekrenkt worden. Ik een framasson, zei hij schouderophalend, ik weet niet eens wat een framasson is!... Het kunnen misschien heel deftige menschen zijn.
Hij is in den burcht, de vuige moordenaar van mijnen armen Eric! Ah, ik zal hem vinden, ik moet hem hebben!" Maar wanneer hij alles had doorzocht, en de Kerels van moorden moede en met bloed bedekt, hem omringden, stond hij daar, grijnzend het hoofd schuddende en als ontmoedigd. "Rambold ontsnapt mij!" zuchtte hij herhaalde malen.
Men gunne hun die liefhebberijen, maar men dulde niet dat zij zich die als daden van godsvrucht toerekenen. Ook hen teeken ik met zwarte kool, die relieken van onzekeren oorsprong voor echte en heilige overblijfselen verkoopen of er meer kracht aan toekennen dan billijk is, en ik haal hen over den hekel die uit zulke relieken een bron van vuige winst maken."
Hierdoor ontstaat "de algemeene beoordeeling" van de meest kiesche vraagstukken des levens, van de ernstige raadselen, waarvoor men de aanleiding zou moeten kennen om ze ook maar uit de verte te verstaan. Hierdoor worden schoone en edele daden in een twijfelachtig licht geplaatst en vuige lasterpraatjes voor waarheid aangenomen.
Het is voorwaar niet te verwonderen, dat de jeugdige Shakespeare dit onderwerp ter behandeling koos: historische onderwerpen, aan de Engelsche geschiedenis ontleend, vielen zeer in den smaak van het publiek; de dichter, die een goede keus deed, kon op belangstelling rekenen in een tijd, als Engeland toen doorleefde, een tijd, waarin het volk zijn kracht begon te gevoelen en groote overzeesche tochten werden ondernomen, waarin Engeland, reeds betrokken in den worstelstrijd van Nederland met Spanje en in den Franschen burgeroorlog, verwachten kon, dat de gespannen verhouding en voortdurende schermutselingen met Spanje tot een openbaren krijg zouden overslaan en de groote Armada naar de Britsche wateren zou stevenen; in zulk een tijd zag het volk gaarne het forsche voorgeslacht ten tooneele gevoerd. Een ingewikkeld plan behoefde de dichter niet uit te denken, de kronieken leverden hem een reeks van belangwekkende gebeurtenissen; met de eischen van eenheid van plaats, tijd of handeling behoefde hij zijn hoofd niet te breken; hij kon de gebeurtenissen van jaren in één tooneel samenvatten, of de volgorde er van wijzigen, mits hij een helder beeld van den tijd en van het voorgeslacht aan de toeschouwers voor oogen stelde. En dit heeft Shakespeare, hoeveel leemten er in het werk des jeugdigen dichters ook op te merken zijn, inderdaad gedaan; hij heeft de personen, wier handelingen door de kronieken verhaald worden, met leven bezield, hunne drijfveeren blootgelegd; hij heeft de mannen van het voorgeslacht doen optreden met al de kracht, de heftige ijverzucht, den gloeienden haat, den dorst naar roem, den onbezweken moed, de liefde voor het vaderland, de trouwe vriendschap of onbetrouwbare wuftheid en wankelmoedigheid, de lage begeerlijkheid of grootmoedige zelfopoffering, de vuige zelfzucht of de onbaatzuchtige genegenheid, die hun eigen waren. Ongetwijfeld is het eerste stuk het zwakste van alle en verraadt het meest den beginnaar, maar toch, met welk een stoutheid is reeds het eerste tooneel ontworpen! Het vat de gebeurtenissen van verscheiden jaren samen en geeft tegelijkertijd een beeld zoowel van de droevige gewaarwordingen, die ieders borst vervulden bij het vroegtijdig sterven van den voortreffelijken Hendrik
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek