United States or Finland ? Vote for the TOP Country of the Week !


De kleine karavaan bestond nu uit de gidsen Croz, Pieter Taugwalder en zijne twee zonen, den heer Whymper, lord Douglas en den heer Hudson. Deze laatste vroeg en verkreeg vergunning om een zijner landgenooten, den heer Hadow, die zoo pas den Mont-Blanc bestegen had, mede te nemen. Maar wij zullen nu het woord laten aan den heer Whymper.

Dit feit was zeer in het nadeel van Taugwalder; hoe kon men aannemen dat de slachtoffers zelven genoegen hadden genomen met een touw, dat uit het oogpunt der soliditeit zooveel te wenschen overliet, te meer daar er nog ruim vijf-en-zeventig el van het beste touw in voorraad was?

Ik verzocht dus den jongen Pieter, dat hij zou afdalen: hij durfde niet. Noch zijn vader, noch ik kon iets uitrichten, zoolang hij niet begon te dalen. De oude Taugwalder, den ernst van het oogenblik en het dreigende gevaar ten volle beseffende, begon nu ook te roepen: "Wij zijn verloren, verloren!"

Wij hielden ons echter goed en bleven staande; maar eensklaps brak het touw omstreeks halverwege tusschen Taugwalder en lord Douglas midden door.... Gedurende eenige sekonden zagen wij onze rampzalige reisgenooten, met ijlende vaart, op hun rug liggende afglijden, met uitgestrekte armen vergeefs pogende zich aan een of andere uitstekende rotspunt vast te klemmen en alzoo hun leven te redden.

Oh, wat zal Chamonix zeggen?" hetgeen zooveel wilde zeggen als: Wie had ooit kunnen denken dat Croz kon vallen? De jonge Taugwalder snikte onophoudelijk, en kreet al luider en luider: "Wij zijn verloren! o God, wij zijn verloren!" "Daar ik tusschen hen beiden aan het touw was vastgebonden, kon ik geen stap doen, zoolang zij onbewegelijk op hunne plaats bleven staan.

Croz liep aan het hoofd der kolonne; ik volgde hem; Hudson kwam achter mij; Hadow en de oude Taugwalder vormden de achterhoede. "Nu, zeide Croz, terwijl hij zich in beweging stelde, zal het anders gaan worden." Naarmate de moeilijkheden van ernstiger aard werden, werd het noodig de meest mogelijke voorzorgen te nemen.

Meer dan een half uur stonden wij onbewegelijk, als vastgenageld, ter nauwernood adem halende. Door angst en schrik overmand, weenden de beide gidsen als kinderen; zij beefden zoo, dat ons elk oogenblik een dergelijk ongeluk als onzen vrienden overkomen was, te duchten scheen. "De oude Pieter Taugwalder riep telkens, al jammerend, uit: "Chamonix!

Eindelijk, omstreeks drie uur in den namiddag, kwamen zij terug, schijnbaar zeer opgewonden. "Welnu, Pieter, wat zeggen zij er van? vroegen wij aan den ouden Taugwalder, die met Croz en zijn zoon in de landtaal gesproken had. Niet veel goeds, mijne heeren." "Maar de twee gidsen zelven spraken op geheel anderen toon: "Alles was zoo gunstig mogelijk; er bestond niet de minste zwarigheid.

Gedurende eenige oogenblikken volgden wij, Pieter Taugwalder en ik, onze makkers, zonder aan hen vastgebonden te zijn; waarschijnlijk zouden wij zoo verder zijn blijven dalen, als lord Douglas mij, omstreeks half vier, niet verzocht had, dat ik mij aan den ouden Pieter zou vastbinden; hij vreesde, zoo zeide hij, dat Taugwalder alleen geen kracht zou hebben om zich staande te houden, als iemand mocht uitglijden.

"Croz en de drie verongelukte toeristen waren aan elkander vastgebonden geweest met het touw van Manille of met een ander even sterk touw; bij gevolg was het zwakste touw alleen gebruikt om lord Francis Douglas en den ouden Pieter Taugwalder aan elkander vast te binden.