Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 14 november 2025


Daar werd gescheld; Polsbroekerwoud keek door het raam naar beneden, en zag de vier verwachte reis-compagnons op de stoep staan, terwijl Mijntje met ijver de trappen afslofte, om de voordeur open te doen.

Hij maakte een verontwaardigd gebaar tot meneer Potvlieghe en zijn gezellen, als om hen tot getuigen te nemen van die wraakroepende schande; ontwaarde nog even het gelaat van Eulalie, die, zijn blik ontwijkend, rood van schaamte achter de ruggen verdween; daalde met één sprong van de stoep, vatte Badoe en Soera bij de hand en stuwde ze moedig vooruit, door het jouwend gepeupel, dat instinctmatig voor hen ruimte maakte, maar onmiddellijk zijn schaar weer sloot, nu aanhoudend schreeuwend en gillend het drietal op de hielen volgend.

De eerste broeder, die naar buiten kwam, was op de botergladde stoep uitgegleden, en als een steen voorover tegen den grond geslagen. Juichend sleurde het grauw hem bij armen en kleederen verder. Sullend en glijdend kwamen de overigen het huis uit. "Ruimte daar!" hoorde men eensklaps boven al het rumoer uit.

Van boven van de stoep af zag ik den tuin onderstboven gehaald, met groote gaten, hoopen steenen en een honderdtal mannen bezig met houweelen en spaden. "Ik laat mijn geheelen tuin omwerken," legde de khedive uit, "en ik heb daartoe een groot meester in de tuinkunst laten overkomen, den heer André uit Parijs, die reeds als zoodanig groote bekendheid heeft verkregen."

En nu was het gevolg van zijn grauwen en jagen, dat we juist altijd naar zijn stoep toe gingen, en, ook zonder noodzaak voor ons spel, er over holden en onder de leuning doorgleden. De gouden stoep werd een apart spelletje. »Jongens, ga je mee naar de gouden stoep?" Aanstonds waren er een paar gereed. »Durf jij er op?" »Ik wel." »Pas op, daar staat die kerel." »Waar? Waar? Ik zie niks."

En in eens herinnerde ze zich dat gevoel, dat ze zooeven gehad had, God, nog geen tien minuten geleden, dat al haar kleeren haar onverdraaglijk waren. Ze voelde haar wangen branden. "'t Zal niet zijn." Meteen stond ze op haar stoep. Half acht. "Dag moe, ik kom direct beneden". Maar toen ze op haar kamer was en hoed en mantel had afgegooid, toen werd haar duidelijk wat er zooeven gebeurd was.

Let gij ooit op de sierlijke meeuwen, die in de gracht, juist tegenover uw hoogen stoep, zoo dartel en sierlijk stoeien? Neen! gij jaagt ze op, wanneer ge 's morgens haastig een parapluie opsteekt, en uw keukenmeid werpt ze hoogstens een handvol oud brood toe. Wij niet alzoo!... Wij hebben óók meeuwen, en we hebben ze lief!

Gelukkig was de man niet heelemaal van z'n montanen geraakt; en Aalbers en Jut hebben hem onder den arm genomen en naar de apotheek van Van Hake gebracht. Spreken kon ie niet, maar hier had ie gelegen of gezeten, hier op deze eigenste stoep. En wie het geweest was? Ja, dat wist men niet met zekerheid te zeggen.

Die gouden stoep heeft mij gebracht tot een open venster. De dreigende stok tot een sinaasappel. En daar heb ik mij wel bij bevonden. Waarschijnlijk mijn straatpubliek ook. Ik wil over deze sinaasappelmethode nog een paar ervaringen vertellen. Er zijn in de buurt van onze school natuurlijk andere scholen, ook christelijke en katholieke.

Lippen, wangen, oogen, handen droegen er de sporen van, maar het afzichtelijkst was wel het hoofdhaar, dat in lange, stijve, klamme lokken neerhing, en evenals de wenkbrauwen een akelig witte kleur had. Moeder en dochter waren niet van elkander te onderscheiden, beiden waren even onnatuurlijk verouderd. Stil, zeide de moeder op eenmaal, daar ligt iemand op de stoep te slapen, een man.

Woord Van De Dag

bijeengeplaatst

Anderen Op Zoek