Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 17 juli 2025


Stervelingen, ik droom, dat het Heidelbergsche vat een beroerte heeft gekregen, en ik een van de twaalf bloedzuigers ben, die het gezet zullen worden. Ik wil drinken. Ik verlang het leven te vergeten. Het leven is een vreeselijke uitvinding van ik weet niet wien. Het duurt niet en 't deugt niet. Het leven breekt iemand den hals. Het leven is een decoratie, met heel weinig uitwegen.

Maar toch is niet veel minder dan deze die wetenschap, die zorgt voor de gezondheid van het lichaam, want dit is wel het meest gewenschte, dat aan de stervelingen wordt gegeven; wanneer zij kwijnt, dan maakt zij meer dan iets anders den geest log en drukt hem terneer.

Fulla had steeds het toezicht over het toilet van hare meesteres, had het voorrecht haar hare gouden schoenen te mogen aandoen, vergezelde haar overal heen, was haar vertrouwde, en gaf haar dikwijls raad hoe zij het best de stervelingen kon helpen die haar hulp afsmeekten.

Zij zijn als gewone stervelingen in de lucht gesprongen, bij 't ontploffen der mijnen; poorters begoten ze edelmoedig met pik; eindelijk behaalden zij een roemvolle zege: zij keelden ontwapende vijanden. Hoort gij Gods uur slaan, bloedige beul? ... De stede verloor haar wakkere verdedigers, hare steenen zweetten bloed.

Gezond verstand hebben. Doet wat ge wilt, stervelingen, maar trouwt niet. Men zoekt den grootvader op, die in den grond een goed man is, en altijd wel een rol louisd'or in een oude latafel heeft, men zegt: grootvader, hier ben ik, en de grootvader zegt: dat is zeer natuurlijk. De jeugd moet uitrazen en de ouderdom afschuiven. Ik ben jong geweest, gij zult oud worden.

Nu hadden wij weliswaar met geen eenvoudige stervelingen te doen, die voor hun pleizier of hun handel reisden.

Neen, de kleine, gelukkige Renée, die zich als een koningin gevoeld had in haar huis, als een gezegende onder de stervelingen, was dood; zij zou nimmer terugkeeren, nimmer, nimmermeer. Nu sloop daar een vreemde de trap op, een verguisde en bedrogen vrouw, ging de slaapkamer door en verdween in het kleine vertrekje daarnaast: haar boudoir.

Men bedenke dat op 'n kleine uitzondering na, die straks zal gemeld worden slechts zeer weinige stervelingen toegang hadden tot de suite, waar "mevrouw" huisde, sliep, ziek was, at en dronk, enz. Daar was 'n "juffrouw" die haar gezelschap hield, en 'n kamenier voor 't aan- of uitkleeden, en 't optooien. Want ... opgetooid wèrd ze.

Want, wat aangaat wat wij u hebben hooren beweren, dat er andere koninkrijken en staten in de wereld zijn, bewoond door menschelijke wezens zoo groot als gij zijt, daarover verkeeren onze wijsgeeren zeer in twijfel, en gelooven liever dat gij van de maan of een van de sterren gevallen zijt; omdat het zeker is dat honderd stervelingen van uw omvang in korten tijd al het vee en de vruchten van Zijner Majesteits landen zouden uitroeien; bovendien maakt onze geschiedenis over zesduizend manen geen melding van eenige andere streken dan de twee groote rijken Lilliput en Blefuscu; welke twee machtige rijken, zooals ik u juist vertellen wou, sinds zes-en-dertig manen in een uiterst hardnekkigen oorlog gewikkeld zijn.

Ach, wat is dat mooi. En, evenals een kind doet na eene vertelling, riep zij, toen hij ophield met spreken: »meer nog! meer nog!" »Ik begrijp, Cilie, dat je geen Bijbel hebt?" Ze wist niet eens wat dat was. »In den Bijbel staat dit alles te lezen, en zoo oneindig veel meer, wat ons stervelingen onmisbaar is, om hier beneden zóó te leven, dat we ginds de eeuwige zaligheid kunnen beërven.

Woord Van De Dag

galoppeer

Anderen Op Zoek