Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 2 juni 2025


Mijn poëten begonnen het onderhoud door over zichzelf te praten en zichzelf te prijzen. Midden onder het souper begon ieder een stuk van zichzelf voor te dragen. De een zei een sonnet op, een ander declameerde een tragische scène en een derde leverde critiek op een comedie. Een vierde wilde een ode van Anacreon voorlezen, vertaald in zeer slechte Spaansche verzen.

Dit sonnet bestaat uit twee gedeelten: in het eerste gedeelte breng ik mijnen groet en vraag ik antwoord; in het tweede duid ik aan waarop geantwoord moet worden. Het tweede gedeelte begint hier: "Reeds henen was...."

"Na dit sonnet verscheen mij een verwonderlijk gezicht, in hetwelk ik dingen zag, die mij deden voornemen, niet meer te zeggen van die Beatrice, tot dat ik meer harer waardig zou kunnen handelen van haar. En om daartoe te geraken beijver ik mij zooveel ik kan, zooals zij waarachtiglijk weet.

Merkwaardig is de overeenstemming tusschen Brutus en Hamlet: Brutus heeft een taak op zich genomen, die tegen zijn natuur strijdt en begaat daardoor fouten, die hem te gronde richten; en op Hamlets schouders is een taak gelegd, die hij door zijn natuur niet volbrengen kan. Hamlet is veel somberder; hij verkeert meer in de stemming, die in het zes-en-zestigste sonnet is uitgedrukt.

Dit sonnet bestaat uit vier gedeelten: in het eerste gedeelte roep ik den Dood aan met enkele zijner toepasselijke benamingen; in het tweede zeg ik, tot hem sprekende, de reden welke mij beweegt hem te smaden; in het derde gisp ik hem: in het vierde wend ik mij tot een onbepaald persoon, ofschoon deze in mijne bedoeling wèl bepaald is.

En opdat deze strijd welke in mij gevoerd werd niet slechts alleen bekend bleve aan den ongelukkige die hem gevoelde, nam ik mij voor een sonnet te maken en in hetzelve dezen verschrikkelijken toestand te vervatten, en ik schreef dit sonnet, hetwelk begint: "Gij oogen mijn....",

Maar zòò niet is de Liefde in mij gevaren, Dat niet mijn hart toch tevens pijnen blijft Om mijn gemartelde en verdreven zinnen. Dit sonnet verdeel ik niet in gedeelten, omdat eene verdeeling alleen gemaakt wordt om den zin der verdeelde zaak open te leggen; zoodat dit, aangezien het door zijne verhaalde aanleiding voldoende duidelijk is, geene verdeeling behoeft.

Hij vroeg mij na de lezing, wat ik ervan dacht. "Ik ben," antwoordde ik, "over je proza al even weinig voldaan als over je poëzie. Je sonnet is niets dan pompeuze wartaal en er zijn in je voorrede te veel gezochte uitdrukkingen en gewrongen zinnen. Je stijl is, in één woord ongewoon; de boeken van onze goede oude schrijvers zijn zoo niet geschreven." "Arme onnoozele!" riep Fabricius.

Waarop ik, nadat zij uit mijn gezicht waren voorbij gegaan, mij voornam een sonnet te schrijven, in hetwelk ik zou openbaren datgene, wat ik in mijzelf gezegd had; en opdat het nog klagelijker zoude schijnen, nam ik mij voor het te schrijven alsof ik tot hen gesproken had; en ik schreef dit sonnet, hetwelk begint: "Ai pelgrims, die zoo ernstig langs mij gaat....". En ik zeide "pelgrims" in de ruime beteekenis van het woord: want "pelgrims" kan in dubbelen zin verstaan worden, eenen ruimen en eenen engen; in ruimen voorzoover ieder die buiten zijn vaderland toeft pelgrim is; in engeren heet slechts diegene pelgrim die naar het huis van den heiligen Jacobus gaat of er vandaan komt.

Ik nam het drama, den meest objectieven vorm dien de kunst kent, en maakte het tot een even persoonlijke wijze van uiting als het lyrisch vers of het sonnet. Tegelijkertijd verruimde ik zijn gebied en verrijkte zijn karakterbeelding.

Woord Van De Dag

buitendam

Anderen Op Zoek