Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 23 oktober 2025
"Het is waar, Mijnheer, de Franse Edelen zijn beleefd en eerlijk wegens ons, maar wie zegt mij dat het geen soldeniers zijn zullen?" "Ho! Dit zal niet zijn, Mevrouw, ik breng u naar het slot te Male en moet u aan de Kastelein Mijnheer De St.-Pol overgeven. Tot daar strekt mijn zending." Nog enige tijd spraken zij, totdat zij eindelijk voor de brug van het slot te Male aankwamen.
De soldeniers wendden zich met haast naar de trap: ieder wilde eerst de hand aan de roof slaan, maar de stem van hun makker weerhield hen. "Wacht, wacht!" riep hij. "Gij kunt er niet aan; de val van de zolder staat tien voet hoog en de ladder hebben zij opgetrokken. Maar dit is niets, ik heb een ladder in de hof zien staan. Beidt een weinig, ik ga ze halen."
Wanneer de soldeniers met hun overste in de straat gekomen waren, ging Brakels stilzwijgend vooruit, en bracht hen door de duisternis tot in de Spaansestraat, bij de deur der woning van Mijnheer Van Nieuwland. Hier schaarden de soldeniers zich langs de muur en lieten geen zucht uit hun borst gaan, opdat men hun tegenwoordigheid niet mocht bemerken.
Er werd dan nader bepaald dat Deconinck zijn volk te Damme en te Aardenburg legeren zou; Willem van Gulik moest naar Duitsland om zijn ruiters te halen; de jonge Gwyde zou de soldeniers van de Graaf, zijn broeder, uit Namen aanbrengen. Mijnheer Van Renesse vertrok naar Zeeland, en de overigen ieder naar zijn heerlijkheid, om alles tot de algemene opstand bereid te maken.
Deze redekaveling mishaagt mij zeer, en ik verzoek Mijnheer de Konstabel zich niet meer in dier voege uit te laten. Hij beware zijn degen zuiver, dit zullen wij ook doen: immers kunnen de daden onzer soldeniers ons niet ten schande worden. Laat ons derhalve dit spijtig gesprek eindigen, en dat een ieder zijn plicht doe."
Sedert Keizer Karel V, Beul I, en, onder den huidigen, bloedigen koning, Beul II, stierven honderd achttien duizend menschen den marteldood. Wie droeg de keersen bij de begrafenissen, in den moorden in de tranen? Monniken en Spaansche soldeniers! Hoort gij, hoort gij de zielen der slachtoffers niet klagen en kermen in het kille graf? De assche klopt op mijn hert, zeide Uilenspiegel.
Bij hun nadering riep de schildwacht boven de poort op de wakende soldeniers en de egge werd omhooggehaald. Een weinig daarna viel de brug ploffend neer en de ganse stoet stapte in het slot.
Er ontbraken nog wel een groot getal soldeniers, die zich met plunderen hier of daar ophielden, maar dit kon aan zulk machtig leger niet gemerkt worden.
Hiermede sloeg hij geweldig tegen de val doch zij bleef even vast en onwrikbaar. Een akelige klacht, een zucht zo pijnlijk alsof het leven met dezelve uit een borst ontvlogen was, galmde op de zolder. "Ha, ha!" riepen de soldeniers. "Zij liggen op de val!" "Wacht!" sprak een andere stem. "Ik zal ze welhaast doen verhuizen, wilt mij slechts een weinig helpen."
Uit al de hoeken der legerplaats klonken de bazuinen om de soldeniers uit het veld te roepen, de paarden briesten, de wapens stieten krijsend tegen elkander, en er rees een akelig krijgsgerucht boven de verschillende delen der legering. Enige uren later waren al de tenten opgevouwen en op de troswagens gepakt, alles was veerdig.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek