Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 29 mei 2025
De tekst: "dit is mijn vleesch en mijn bloed" en de hostie als symbool van CHRISTUS gaven, trouwens niet aan RUYSBROECK alleen, gereede aanleiding tot het vormen van beelden en gelijkenissen. Zoo zegt JEZUS tot den mensen: Myn vleysch is wel gebraden Aent cruce om uwe ghenaden. "De edele tarwebloem, d.i.
Toch houden deze leerdichters den blik niet bij voorkeur op het godsdienstig gemoedsleven gericht. Hoofdzaak is voor hen, wat RUYSBROECK samenvatte onder den naam van het Werkende Leven. Waar een hunner een enkele maal over het Schouwende Leven spreekt, daar is hij er blijkbaar mee verlegen, hoe hij het zal plaatsen tegenover het Werkende Leven.
Zijnerzijds gaat RUYSBROECK soms te voet, al viel het hem moeilijk, naar bevriende kloosters, waar men aanstoot had genomen aan eenig geschrift van zijne hand en voorlichting van hem begeerde. De Karthuizer-broeder GERAERT, die hem bij zulk eene gelegenheid heeft gezien en gesproken, weet ons te vertellen "van sinen ripen ende bliden aensiene, van sinen goedertieren ende oetmoedighen spreken."
Naar de verschillende trappen van godsdienstige ontwikkeling had S. BERNARD de menschen verdeeld in mercenarii, servi en filii Dei; RUYSBROECK spreekt evenzoo van huurlingen, getrouwe knechten en zonen Gods; echter heeft hij tusschen de tweede en de derde soort die der vrienden Gods gevoegd.
In zijne voorstelling dier tijdelijke schepping neemt RUYSBROECK PTOLEMAEUS' wereldstelsel over, volgens hetwelk de aarde middelpunt des heelals is. Tegenover de stoffelijke schepping staat de geestelijke: engelen en menschen.
Zeker zal het ook in zijn voordeel zijn geweest, dat hij in zijne werken de Broeders van den vrijen geest zoo fel bestrijdt en "hare quade secte ende beestelike costume" . Tot die secte behoorde waarschijnlijk HEYLWIG, de dochter van den Brusselschen patriciër BLOEMAERTS, wier verdorven geloof door RUYSBROECK openlijk bestreden is.
Zoo moet ook de wijze mensch doen en "niet rusten op ghene bloemen der gaven, maer al gheladen met danke en met love weder vlieghen in die enicheit, daer si met Gode rusten en wonen wilt" . Menigmaal ook vindt RUYSBROECK stof voor zijne gelijkenissen in eigen omgeving en het dagelijksch leven.
In het eerste stadium, waarin RUYSBROECK den invloed der bovennatuurlijke klaarheid vergelijkt bij den loop der zon, worden weer tal van deugden beschouwd in de wijze, waarop telkens eene nieuwe zich uit eene voorgaande ontwikkelt. Het hart wordt door het inwendig vuur van den H. Geest steeds op en neer gedreven, opbruisend en neervallend als water waaronder vuur wordt gestookt.
De ziel kan wel alleen zijn, ook al vertoeft zij in de buitenwereld. Het komt er slechts op aan, God steeds voor oogen te houden. Door voortdurende oefening moet de inkeer van den schouwenden mensch een onbewuste daad worden, evenals b.v. het vormen van letters voor iemand die schrijft. RUYSBROECK zelf had het in die kunst ver gebracht.
Weinig werken van RUYSBROECK vertoonen in hun bouw eene zoo strenge symmetrie als dit; toch kunnen wij in de meeste wel iets daarvan terugvinden. Het Boek van den Tabernakel geeft eene voorstelling van het mystieke leven of van "den loop der minnen", gesymbolizeerd in den Tabernakel en zijne talrijke onderdeelen.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek