Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 12 juni 2025


Weldra kwam hij met zijn begeleider in diens huis, waar hij terstond bij zijne intrede door de talrijke dienaren met luide juichkreten en eene ruischende muziek werd verwelkomd, al 't geen den goeden ridder in niet geringe mate streelde en met aangename aandoeningen vervulde. Don Quichots gastheer heette Don Antonio Moreno en was een rijk en aanzienlijk man.

Niettegenstaande zijne goede bedoeling was hij echter bijna zelf in den lach geschoten, toen hij de wonderbaarlijk kluchtige figuur van onzen ridder wat nader had opgenomen; alleen het gezicht van de dreigende lans in Don Quichots vuist maakte, dat hij zich met geweld goedhield.

Daar nu de kaas nog versch was en door de zwaarte van den ijzeren helm niet weinig geperst werd, zoo begon natuurlijk de vettige melkpap al spoedig over Don Quichots haar, gezicht en baard neer te druppelen en 't hem niet weinig lastig te maken. "Sancho," riep hij ontsteld, "Sancho, wat is dat hier?

Desniettemin moest hij op Don Quichots vragen antwoorden geven; doch hij richtte die in, zooals zij best in zijn kraam te pas kwamen. "Nu, Sancho Panza," begon Don Quichot, nadat hij zich languit op zijne legerstede had uitgestrekt, "waar en hoe hebt gij de aanbiddelijke Dulcinea aangetroffen? Wat deed zij, wat zeide zij? Hoe dacht zij over mijn brief?

Terwijl nu daar binnen in huis over den ridder geklaagd, getreurd en gelamenteerd werd, kreeg zijn arme schildknaap het daarbuiten op den hof bitter zwaar te verantwoorden. Op het bericht van Don Quichots terugkeer kwam namelijk Sancho Panza's vrouw toe en vond haren echtvriend op het punt van zijn ezel te bestijgen, om naar zijne hut en zijne dierbare gade terug te keeren.

Ik voelde dat zij door diepe, enge wegen moest zijn heengegaan, om zoo te kunnen spreken; reeds wilde ik in mijn antwoord iets leggen dat van medegevoel getuigde, toen zij op eens hervatte, met eene luchthartigheid die wel wat gemaakt was: "maar er is geen gevaar bij, dat men mij in zulke verzoeking zal leiden: het ras der don Quichots en der Ridders van de Ronde Tafel is in onze eeuw verloren gegaan, en het zal wel in niemand anders opkomen om Majoor Frans ten huwelijk te vragen; en dat is heel gelukkig ook, want de generaal zou mij graag wat hij noemt 'geëtablisseerd' zien vóór zijn dood; de goede man heeft nog niet het besef, dat daar niet over gedacht kan worden en zou zich allerlei offers willen getroosten, tot elk compromis toetreden, om er mij toe over te halen; en dat zou maar onrust en tweespalt geven zonder goede uitkomst; want mijn besluit staat vast."

Onder weg kraamde Don Quichot zoo veel dwaze dingen uit, dat den eenvoudigen boer hooren en zien verging en hij hartelijk blij was, toen hij eindelijk zonder verdere ongelukken behouden Don Quichots huis bereikt en daar terdege op de gesloten deur gebonsd had.

Het duurde niet lang, of hij kreeg een man te paard in het oog, die een blinkend ding op het hoofd droeg, dat in de hoogste mate Don Quichots aandacht trok. Zoodra hij het gezien had, keerde hij zich tot zijn schildknaap om en zeide: "Sancho, het noodlot maakt alle teleurstelling goed, die ons zoo bitter heeft verdroten.

Die beide mannen waren, gelijk wij reeds geraden hebben, de pastoor en de barbier uit Don Quichots dorp, die voor eenigen tijd met de huishoudster van den dolenden ridder al diens mooie ridderboeken verbrand en den ingang tot de bibliotheek dichtgemetseld hadden.

Terwijl zij nu den weg naar het gebergte insloegen, begreep de pastoor, dat het in den grond nergens toe diende, dat zij nu reeds hunne verkleeding droegen, en besloot dus die vooreerst af te leggen en eerst weder aan te nemen, als zij in de nabijheid van de schouwplaats hunner daden en van Don Quichots dwaasheid zouden zijn aangekomen.

Woord Van De Dag

buitendam

Anderen Op Zoek