Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 23 september 2025


Psammenitus, Psammenitos, zoon van Amasis, laatste koning van Aegypte, werd na eene regeering van 7 maanden door de Perzen bij Pelusium verslagen en moest zich aan Cambyses overgeven . Cambyses maakte hem stadhouder van Aegypte, maar toen kort daarna een opstand uitbrak, waaraan Ps. schuldig geacht werd, werd hij ter dood veroordeeld.

Wie naar waarde eenigszins verhalen, wat Hij u, nietig stofje aan de weegschaal, u, drupje aan den emmer, naar zijn grenzenlooze ontferming aan uw ziel gedaan heeft! Ik breide mijne handen uit tot U; mijne ziel is voor U als een dorstig land. Ps. 143:6. Een dorstig land weet niet, dat het dorst heeft. Eigenlijk is het dan ook niet dorstig. Het heeft geen dorst.

"Jawel mogen wij God danken, indien dit het geval is," zeide Reede. "Wel is het, als de Psalmist zegt," zeide Raesfelt, "Ps. 76: Gy sult ombrengen 't gansche rot Der woedende boosdaders quaet. "Doch, dit is niet de eenige reden mijner komst," hernam de Prins.

Dan wordt, wat hier vlas was, daar als diamant en als robijnen, en de klove zal te breed zijn, geen vonk zal kunnen overspatten, en uw ziel zal opbloeien en wassen in uw Heere. Wees ons genadig, o Heere! wees ons genadig; want wij zijn der verachting veel te zat. Onze ziel is veel te zat des spots der weelderigen, der verachting der hoovaardigen. Ps. 123:3, 4.

Ook de brief gericht aan de secretarissen-generaal is in zijn geheel opgenomen. F.C. Meijster, opende op die dag de avondzitting met het laten zingen van Ps. 46:6: De Heer, de God der legerscharen, Is met ons, hoedt ons in gevaren. De Heer, de God van Jakobs zaad, Is ons een burcht, een toeverlaat. Daarna werd de bespreking van het rapport voortgezet en beeindigd.

En de gedachte vloog mij door de ziel: »Neen, een volk, dat zóó zingt, kan niet ondergaan". Middelerwijl had de Pastor zijn plaats ingenomen op 't podium vóór den preekstoel. De gansche gemeente, die staande gezongen had, bleef staan. Plechtig las hij haar voor Ps. 118: 14-29. Wanneer ge deze woorden naleest, zult ge begrijpen, hoe deze voorlezing mij tot in 't diepst der ziel aangreep.

Ontroostbaar over dit verlies, dwaalde Ps. over de geheele aarde rond om haar minnaar te zoeken, ten slotte wendde zij zich tot Aphrodite zelve, die haar wel vergiffenis beloofde, maar haar eerst een aantal zware beproevingen oplegde, waaronder zij bezweken zoude zijn, indien niet Eros zelf, bij wien de oude liefde herleefd was, haar geholpen en gesterkt had.

PS. Ik hoor, dat Tante zal trouwen met een Heer die er veel in zyn Japon komt; die Heer ken ik; ô my! ô my! 't Is toch grappig ook. VIJF EN ZEVENTIGSTE BRIEF. Hendrik Edeling vertelt Cornelis wat hij zooal gedaan heeft; Sara is een engel! Hij zendt hem Blankaarts antwoord. Maar vader Edeling blijft koppig geen "Noach's ark van gelooven in zijn huis! Nooit!

Gij hebt te kiezen tusschen het wapen nevens u en de straf der overspelers. "PS. De pistool is niet met kruid geladen; maar de bussen der kogels zijn met donderpoeder gevuld. Er zijn er zes, zooals gij ziet. Ketst de eene, gebruik dan den volgenden. Doch ik geloof niet dat het noodig zal zijn. Het is dezelfde revolver waarmede ik Moor door den kop geschoten heb.

II Par. 6, I: Dominus pollicitus est, ut habitaret in caligine. Ps. 17.13: Et posuit tenebras latibuum suum. Dion. Cart. De laudibus sanctae et individuae trinitatis per modum horarum, Opera, t. XXXV p. 137/8, id. XLI p. 263 etc.; vgl. De passione dni salvatoris dialogus, t.

Woord Van De Dag

weledl

Anderen Op Zoek