Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 15 juli 2025


Spelle, vervolgde de schim van Michielken, zijt gij tot sterven bereid? Tot sterven, neen, antwoordde de provoost, neen, messire Michielken, daar ben ik niet toe bereid, want ik wil vóór God niet verschijnen, beladen met zoo menigvuldige zonden. Herkent gij mij? vroeg het spook.

Toen de rok over hunne hoofden geslagen was, zeide zij: Laat ons nu loopen. Waarom loopen? vroeg Uilenspiegel. Om uit Meulestede te vluchten, sprak zij, de provoost Spelle is daar met twee beulsknechten en hij heeft gezworen al de onnutte vrouwen lijk hij ons heet te doen geeselen, als zij hem geen vijf gulden willen betalen.

Een schoonen, goed getakten esch, die met zijn frischgroene bladeren in de zonne prijkt, zie ik geerne, hernam Uilenspiegel; maar ik koester een doodelijken haat tegen die leelijke stokken, die nog nat zijn, zonder twijgen of bladeren, die hard en woest zijn van uitzicht, Zijt gij gereed? vroeg de provoost. Gereed, herhaalde Uilenspiegel, gereed tot wat? Om geslagen te worden?

Gij hebt zoo om mij gedraaid met zoete woorden en hoffelijkheden, dat gij mij mijn voornemen hebt doen verbreken en dat ik bereid ben, zoo u dit behaagt, de uwe te willen zijn. De provoost zeide verheugd: Madonna, dank en om u de waarheid te zeggen, heb ik mij zeer verbaasd, dat gij zoo terughoudend waart, daar mij dit nog nooit was overkomen.

Toen hoorden Soetkin en Uilenspiegel een groot rumoer, 't Waren de poorters, vrouwen en kinderen die riepen: Klaas werd niet veroordeeld om te sterven met zacht vuur, maar met groote vlammen. Beul, pook het vuur aan! De beul deed het, doch het vuur wilde niet laaien. Verworg hem, riepen zij. En zij smeten steenen naar den provoost. De vlam! de groote vlam! huilde Soetkin.

Dit alles werd geregeld door een officier van minderen rang: de Provoost der Spelen genoemd; want de hooge rang der maarschalken van het strijdperk gedoogde niet, dat zij het opzicht hadden over de spelen der burgers. De schutters, voorwaarts tredende, schoten hunne pijlen stout en flink, één voor één af.

De arme veroordeelden gaven een diepen zucht, en riepen uit: »De Heer zij ons genadig! onze aardsche werkkring en zorgen zijn bijna ten eind!" De provoost kwam binnen, opende het slot van de boeistang, schoof de voetboeien af en gelastte aan de daarvoor gereedstaande mariniers de gevangenen op het halfdek te brengen.

Toen het laatste dozijn compleet was, meldde de provoost het eindcijfer »vijf dozijn." »Vijf dozijn!" herhaalde kapitein G , »dat kan; bindt hem los. En nu, man," zeide hij tegen den flauwvallenden ongelukkige, »ik hoop, dat dit u eene waarschuwing zal zijn, om de eerste maal dat gij weer pruimt, niet op mijn halfdek te spuwen."

"Wat praat gij van arrest," zeide Van Ranst: "ik ken er verscheidenen, die zich moedwillig naar de provoost laten brengen, om op hun gemak uw voortreffelijke dichtwerken te kunnen bestudeeren. "'t Gaat zooverre," hernam Contour, "dat onze Kolonel laatst, in stede van het commando te geven, een regel uit een uwer werken opzeide."

Toen de avond viel, kwam messere de provoost en de twee jongelieden waren in hun kamer en lieten zich wel hooren; daarom ging de provoost tersluiks en in het donker in die van de donna naar bed en van den anderen kant Ciutazza.

Woord Van De Dag

soepe

Anderen Op Zoek