Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 9 mei 2025


De periode, die voor ons ligt, geeft de genoemde en andere nuances te zien. Tot het tijdvak, waarover wij hier spreken, behooren in de eerste plaats de latere drama's van Henrik Ibsen. Reeds in Vildanden is het eerste der hierboven aangeduide stadia bereikt, een diep pessimisme.

Dat slaat niet alleen op het stemmings-pessimisme van een voorafgaande periode of het Schopenhaueriaansch pessimisme dat een levenshaat tot inhoud heeft, maar ook en nog meer op het intellectueel pessimisme dat men sceptiek noemt.

Ik geloof dat ieder denker het pessimisme heeft doorgemaakt, dat zeer vele gemoederen in het pessimisme zijn blijven steken. Ik weet echter, dat zij die erin terecht zijn gekomen, in de wijsgeerige speculatie een kracht hebben om zich er uit te heffen.

Bij een dichter van den rang van Garborg, die alles mee doormaakt, wat zijn tijd beweegt, ontmoeten wij deze stemming als een overgangsstadium. Sommigen blijven in het pessimisme steken; anderen slaan dit stadium over of maken het door vóór den tijd, waarin zij als schrijver optreden. Een verdere stap, waartoe het pessimisme voert, is, dat men aan de harde realiteit den rug toekeert.

Het is treffend, dat wij bij deze eerste vlucht omhoog, die de nieuwe Noorsche litteratuur maakt, een tegenstelling ontmoeten, die wel in den hierboven beschreven toestand haar oorsprong heeft, maar die toch onder wisselenden vorm ook later tot uitdrukking komt, een tegenstelling tusschen tevredenheid met hetgeen verkregen is, en ontevredenheid met hetgeen men mist, tusschen nationale zelfgenoegzaamheid en verlangen naar internationale gemeenschap, tusschen democratische volheid van gemoed en aristocratische fijnheid van geest, tusschen een jubelend optimisme en een religieus getint pessimisme, tusschen een gedragen worden door den algemeenen stroom en een verzet tegen den tijdgeest, gepaard met den moed, om alleen te staan.

En hier komt de tweeheid van haar wezen uit, gelijk die zich heeft geopenbaard in haar dramatische motieven en conflicten: Ordening en moralisme tegenover ongebondenheid; stijl-zin tegenover vrije romantiek; joie de vivre tegenover zwaarmoedigheid, pessimisme, sociaal meegevoel en zelfontzegging. Behoefte aan genieting en liefde voor het eenvoudige.

Wordt iemand wel gelukkig? Bestaat geluk wel? O, ik moest niet zoo spreken: ik maak je er somber door, ik leer je er pessimisme meê, maar het is me soms zoo vol, als ik je zie met Frank.... Want ik hoû ook zooveel van Frank, ik ben zooveel verschuldigd aan Frank, en ik zoû jullie zoo gaarne gelukkig met elkaâr zien, met elkaâr ... Daarom, ik bid je: vertrouw op Frank: hij houdt van je, al is hij soms wat weifelachtig, wat grillig in zijne gevoelens ... o hij aanbidt je, al ziet hij soms de nuances van een vrouwenkarakter over 't hoofd en ... al slaat hij met zijne luchtigheid soms wat door, hij meent dat zoo niet ... Hij is zoo open, zoo oprecht, je weet zoo precies wat je aan hem hebt ... Daarom Eve, lieve Eve, laat nooit een misverstand tusschen jullie heerschen, begrijp elkaâr altijd ... nietwaar kind, o mijn arme Eve!!

En toch, indien hij een zwakkeling geweest was, dan had hij ook licht in pessimisme kunnen vervallen. Er waren althans twee dingen, die hem daartoe hadden kunnen brengen: hij heeft armoede gekend, en hij is van nature stemmingsmensch. Maar hij bezit andere eigenschappen, die hem behoed hebben, een ijzeren wil en een onbescheiden blikken afwerenden trots.

Op zekere morgen, een drietal maanden na Massijns vertrek, ontving meester De Vreught van hem een brief van niet meer te bedwingen pessimisme en ontgoocheling. 'Lieve meester', schreef hij tot de gepensioneerde onderwijzer, 'ik moet volstrekt eens mijn hart bij u uitstorten.

Ik merkte op dat ik thans aan de grens was gekomen van hetgeen voor mijn enquête, die immers hoofdzakelijk van letterkundigen aard is, van nut kon worden geacht, maar hij verzocht mij aan al hetgeen hij had gezegd eigener beweging iets te mogen toevoegen, dat ook verband hield met mijn gedachtengang. Het pessimisme, zoo zeide hij, is in de negentiende eeuw vrij algemeen de grondstemming geweest.

Woord Van De Dag

kiest

Anderen Op Zoek