Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 16 juli 2025
Marius hoorde de benedendeur op haar hengsels draaien, een zwaren, haastigen tred op de trap en in de gang, en de klink der deur hard oplichten; 't was Jondrette die te huis kwam. Aanstonds verhieven zich verscheidene stemmen. Het geheele gezin was in het vertrek. Maar het had zich in de afwezigheid van den meester stil gehouden, gelijk de jonge wolven in de afwezigheid van den wolf.
Thialfi die intusschen had afgerekend met den grooten reus van klei met zijn laf merriehart, ijlde nu zijn meester te hulp, maar zijn pogingen waren vruchteloos, en ook konden de andere goden, die hij snel te hulp riep, het belemmerende been niet oplichten. Toen zij daar stonden, zich hulpeloos verbazend wat zij verder zouden doen, kwam Thors zoontje, Magni, aan.
En nu begreep hij, dat hij hier niet levend zou afkomen. Maar het kwam niet in hem op den strijd met een vogel, die zooveel sterker was dan hij, te ontwijken. De arend schoot neer op een meeuw, en sloeg zijn klauwen in het dier. Eer hij het nog had kunnen oplichten, stoof Maarten, de ganzerik, op hem toe. "Laat hem los!" riep hij. "En kom hier nooit meer terug! Anders krijg je met mij te doen."
De weg is niet gemakkelijk en er is maar één weg. De straatjongens, die ons volgen, geven er echter niet om, laten zich langs de hellingen afglijden, houden zich vast aan vooruitstekende steenen, verdwijnen in holten en komen op eenmaal weer te voorschijn, alsof ze een luik oplichten, en maken al die gymnastische toeren, waar ik wel voor zou bedanken, om mij een bouquetje welriekende, gele bloemen te brengen, geplukt op de helling van een gapenden afgrond.
Over het slot heen verliest zich de blik in de wijde vlakte, waaruit tallooze dorpjes en steden met roode daken en kerktorens oplichten. Halberstadt vooral springt duidelijk in het oog. Bij een gelukkigen samenloop van omstandigheden, dat is van lucht en licht en bewolking, kan men van hier den dom van Maagdeburg als klein puntje in de blauwe verte onderscheiden.
Men kan het soms hebben, dat men eene kamer binnenkomt, waar niemand te zien is; het vertrek schijnt leeg te zijn, en toch ziet men behoedzaam om zich heen, want men krijgt een gevoel, alsof er zich een levend wezen bevindt; men zou gaarne een gordijn oplichten, een kast openen of in een hoek kijken, om te weten te komen, of daar iemand schuilt. Men voelt zich door leven omgeven.
Niettegenstaande de zon zich in de noordelijkste deelen langen tijd schuil houdt, zijn deze streken gelukkig toch niet aan de diepste donkerheid overgelaten. De heldere glans der sterren en het oplichten van de sneeuw doen eene soort van schemering ontstaan, die door het prachtig schijnsel van het noorderlicht wordt afgewisseld.
Gij, gij, grinnikte Ernest, gij, met uwe manieren, kunt van mij een moordenaar maken. Sta op! Blijf daar niet zoo, alsof ge een lam waart, het slachtoffer van een lafaard .... Ha, ik voel u wel! Ge zijt geslepen! .... Sta op, zeg ik u! Sta dan òp! Hij grabbelde naar haar elleboog, wilde haar in een woesten greep oplichten. Ze boog haar hoofd, huiverde, wachtte.
Beiden liepen nu tegen den storm en de hageljacht in, alsof ze er heel niets van bemerkten en hadden zoo weldra het vervallen huisje bereikt. Soliman wilde de klink oplichten, om dan naar binnen te gluren, maar Orleman hield hem terug. "Stil, wacht eens; hier is een pijp van een goot, laten we naar boven klimmen." In een oogwenk waren ze op het dak. Toen tegen den schoorsteen op.
De tinnen soldaten rammelden in de doos; want zij zouden er ook wel bij willen zijn, maar zij konden het deksel niet oplichten. De notenkraker maakte allerlei kromme sprongen, en de griffel danste op de tafel; het was zulk een geweldig leven, dat de kanarievogel er wakker van werd en begon mee te spreken, en wel op rijm.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek