Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 26 juni 2025


Mevrouw Palmer deed van haar kant, in haar onveranderlijke en welgezinde opgeruimdheid, al wat zij kon, om hen te doen gevoelen, dat zij hier welkom waren.

"Dat moet men ook, freule," zeide Emma, met eene poging tot opgeruimdheid. Doch in haar hart voegde zij er bij met eene zucht: "Indien slechts de afstand tusschen moeten en kunnen niet somtijds eene breede rivier geleek!" Op hare kamer teruggekomen, herlas Emma haren brief, vóór het ontbijt in gereedheid gebragt, en herlas dien met tegenzin.

Meta lachte, blij Jo's vroegere opgeruimdheid weer te zien herleven, maar zij achtte het haar plicht, haar meening alle mogelijke kracht bij te zetten; en de zusterlijke gesprekken bleven niet zonder vrucht, vooral daar twee van Meta's meest afdoende argumenten de kinderen waren, die Jo teeder liefhad.

"Het moet u een heele studie geweest zijn," zei Van Aartheim aan De Morder, "om de tevredenheid en opgeruimdheid, die ik mij verzekerd houd, dat dikwijls in uwe ziel plaats vinden, in termen van ontevredenheid en wrevel te leeren uitdrukken." "Hm!" bromde de ander tot antwoord; "ik kan het niet helpen, dat mij alles in de wereld tegenloopt."

Zij zag een rijzig jongmensch vóór zich staan met den ministerrok vol goud borduursel.... Haastig antwoordde zij: »Laat meneer De Witt je dan zeggen, hoe hij het hebben wil!" André, die, wat er ook met hem in het verloopen jaar was voorgevallen, altijd zijne gezonde opgeruimdheid had bewaard, toonde zich onmiddellijk bereid. De drie De Mildes luisterden aandachtig.

Wel is waar, sedert dat De Wildt voor Bol gezeten heeft, zijn er eenige jaren verloopen. Hij telt er thans een en vijftig; maar nog teekent zijn gelaat dezelfde wakkere opgeruimdheid, dezelfde schranderheid van geest, als u uit zijne afbeelding tegenblinken.

Iedereen merkte de verandering in zijn voorkomen op. Hij scheen zijne opgeruimdheid en vlugheid terug te krijgen, en eene kalmte te bezitten, die door geene beleediging of mishandeling kon gestoord worden. "Wat duivel zit er in Tom?" zeide Legree tot Sambo. "Eene maand geleden was hij geheel melancholiek, en nu is hij zoo vroolijk als een krekel." "Weet niet, meester. Misschien wil hij wegloopen."

Wanhopig bracht ik den volgenden dag mijn marteltuigen weer op school, om mijn barbaarsche taak te hervatten. De opgeruimdheid verdween, en er heerschte weer bedroefdheid op de gezichtjes van de kinderen. Ze begonnen al van me te houden!

Nog merkte hij op dat de gesprekken van Gaurapada doorgaans eene groote opgeruimdheid ademden, en hij volkomen met zijn tegenwoordigen staat te vrede scheen, maar dat toch bijwijlen, als er van de staatkundige gebeurtenissen in het Noorden gesproken werd, een donkere wolk zijn edel gelaat bedekte.

Onze taal is rijker aan uitdrukkingen voor allerlei gevoelsschakeeringen dan het Latijn, zoodat men er Spinoza's bedoeling dikwijls in kan benaderen. In déze zinsnede is m.i. het vertalen van hilaritas door opgeruimdheid of vroolijkheid en van melancholia door zwaarmoedigheid minder juist. Eigenlijk gewetens-knaging, wroeging. Blijkens de definitie bedoelt Spinoza echter niets anders dan Spijt.

Woord Van De Dag

muggenbeten

Anderen Op Zoek