Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 11 mei 2025
Wie zou het lijden, de zielsmarteling kunnen beschrijven van den onschuldigen Jan Verhelst, die in het geheim lag bedolven als in een gesloten graf, terwijl zijne vrijheid en zijne eer, misschien het leven van hem dierbare wezens waren bedreigd? Geen middel tot verdediging, geene stem om hem moed te geven, geen vriendenhart om zijne klachten met deernis aan te hooren!
Wat beide haar harten en hoofdjes het meest in beslag neemt en ledige uren vult, is het opstellen van geheimzinnige briefjes, die aan de hoede eener in dergelijke zaken bedreven negerin worden toevertrouwd en mededeelingen bevatten van gelukkig nog al onschuldigen aard.
Nog tegenwoordig brengen in Amerika, Engeland en elders, de handelaars in zinnelijke prikkellectuur hun waar veelal in den handel in den uiterlijken vorm van stichtelijke werken, gezangboeken, kerkboeken, zakbijbels en dergelijke, wetende dat in dien oogenschijnlijk onschuldigen vorm een ruime afzet bij de vrouwelijke jeugd en ook bij oudere vrouwen verzekerd is.
De ridder schaamde zich geducht, dat hij juist op zulk een oogenblik en voor zulke toeschouwers te vallen was gekomen, en mompelde de vreeselijkste verwenschingen tegen den onschuldigen schildknaap, die nog altijd aan zijn in den strik gevangen been lag te trekken.
Zijn aanblik verwekte in het eerste oogenblik dien indruk op mij, welken het staroogen der slang op den onschuldigen vogel teweeg-brengt: ik had Andries herkend. Mijn volgende beweging was, het mes van Sander op te vatten, om mij des noods tegen een aanval van dien schelm te verdedigen.
Hij was zoo grimmig en verwoed, dat hij den onschuldigen man doorboord zou hebben, indien deze zich niet met verwonderlijke vlugheid van zijn muildier had laten glijden. De andere monnik drukte zijn beest de hielen in de zijden en wist door overhaaste vlucht gelukkig zijn lijf te bergen.
"Op die boeken, zegt Uwe Edelheid?" antwoordt de Prins, "Vergeef mij, dat ik U tegenspreek ik was knorrig op mij zelf." "Maar dan moesten die boeken het toch ontgelden," herneemt De Witt lachend. "In trouwe, het gaat wel meer zoo in de wereld. De onschuldigen moeten het gelag betalen." "Gelukkig dat die boeken het niet voelen," zegt de Prins. "Maar ik zou mij wel voor het hoofd willen slaan."
In zulke voorstellingen wordt de vrouw als vanzelf de verleidster van den onschuldigen man; zij is de eenige oorsprong van het kwaad, een voortbrengsel der hel, de bondgenoote in menschengedaante van den satan, enz.
Laten wij treuren over alle onschuldigen, alle martelaars, alle kinderen, zoowel die der lagere als der hoogere standen. Ik neem er deel aan. Maar dan, ik heb het u gezegd, moeten wij hooger opklimmen dan tot 93, en 't is vóór den tijd van Lodewijk XVII, dat wij ons treuren moeten beginnen. Ik zal gaarne de kinderen der koningen met u beweenen, mits ge met mij de kleinen des volks beweent."
Was hij alleen in dien langen nacht, hij, wiens krachtige, liefderijke geest in die oude schuur tegen barbaarsche vuist- en geeselslagen standhield? Neen, er stond Een bij hem, alleen door hem gezien, "gelijk aan den Zoon van God!" Ook de verzoeker stond bij hem, verblind door woedende drift, en drong hem ieder oogenblik om die marteling te ontgaan, door de onschuldigen te verraden.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek