United States or Palestine ? Vote for the TOP Country of the Week !


Vóór ik tot de beschrijving van het lichaam, en van de levenswijze van het bedoelde Wilde Rund overga, moet ik doen opmerken, dat ik met den naam Wisent hetzelfde dier bedoel, dat veelvuldig ten onrechte Oer of Oeros werd en wordt genoemd. Met den laatstgenoemden naam duidden onze voorouders terecht een van den Wisents zeer verschillende, sinds lang uitgestorven soort van Rund aan.

Aangaande de uittogten van 1672 heeft Mr. A. Telting vele medegedeeld in zijne twee bijdragen: Oer B. Bekker, de Fulleniussen, in it Bloedjier 1672, geplaatst in het Friesch Jierboeckjen foar 1835, en Brief van Goslik Colonna, Hopman over eene Compagnie Franeker burgers, aan den Magistraat van Franeker, voorkomende in de Vrije Fries, I 70.

Blij was ik, zooals ik zei, dat ik er om één oere in lag, en met de ongewoonte van zoo loat naar kooi te goan, kon ik den sloâp niet voor vijf oere vatten: dan kijk, pas sloâp ik een oer, of wie stoât doâr veur mien bed?

Toen had Joachim geantwoord, dat hij Gooszens meid getrouwd had. Daarop vroeg Helmert, »waer myt dat hij oer getrouwet hadde?

Het eerste gedeelte is geplaatst in dat van 1831: Kirt Oersicht oer Frieslâns Schijdnis, fenne fierste tijd oon it jier 1814 to, loopende dit deel van de vroegste tijden af tot aan Karel den Groote, dat is, tot aan 't jaar 773 of daaromtrent. Dit tijdvak noemt de Schrijver het Fabelachtige Friesland.

"Kjoa... joa... kg... hêt gij wel scheune te spreken, boe oer Dons," hakkelde Kneuvels, met ingespannen handenwringen de weerspannige woorden uit zijn mond halend, "kg... hêt gij de goên tijd ggghad... moar kkk da ge nou nog moest be... be... beginnen kt 'n zoe zoe euk kk azeu nie mier zijn!" "De goên tijd, zegt-e gij," antwoordde Dons ernstig, met oogen van verbazing. "De goên tijd!

Eerst in de 17e eeuw begonnen de meeste schrijvers te twijfelen; sinds dien tijd is bij hen slechts van één Wild Rund sprake, dat zij nu eens Wisent, dan weer Oeros noemen. De laatstgenoemde, de ware Oer, was intusschen uitgestorven en de berichtgevers waren derhalve niet meer in staat op grond van eigen aanschouwing te spreken. Later nam de verwarring nog meer toe.

Geslacht na geslacht buigen de geesten zich achter mij neer, In de verre verte zie ik het geweldige Oer, ik weet dat ik d

Men leze v. Halmael's Oersicht oer Frieslâns Schijdnis, § 24: Friesch Jierboeckjen, 1833. Vergel. voorts het vertoog van Jonkheer M. Hettema over den Oorsprong van den Frieschen Adel, voorkomende in het Mengelwerk der Leeuwarder Courant van den 27 November 1832; de Narede van den Heer v. Halmael achter zijn Treurspel Ats Bonninga; F. Sjoerds, Beschr. v.

Nu eens is de heiplant en de dunne zwarte aardkorst opgerukt en ligt de witte zandgrond bloot, ten gevolge van natuurlijke oorzaken of door het afsteken van zeden, die als plaggen elders op den dorren grond tot bouwaarde moeten strekken; ginds is eene moerassige streek, met eene harde en leelijke grassoort ten deele begroeid, die bij overvloedigen regen in deze vlakte een kleinen spiegel zal vormen; elders is de bovengrond door den regen in slangsgewijs voortloopende groeven en spleten omgewoeld, en zijn de geel of roodachtige banken zand oer ontbloot.