Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 20 juli 2025
Eindelijk mag, bij de vermelding der grammatica's, geenszins worden verzwegen de belangrijke schets van het Sagelterlandsche Friesch, gevoegd bij de Reis naar dat land van de Heeren HETTEMA en POSTHUMUS; wij worden daar op eene korte en duidelijke wijze met dat dialect bekend gemaakt, en deze arbeid is voldoende, om hem, die zich met eene algemeene Friesche spraakleer mogt willen bezig houden, in staat te stellen, om van dit dialect een noodig en nuttig gebruik te maken.
V der Voorrede van het Stamboek van den Frieschen Adel, der Heeren Hettema en van Halmael. Aant. 12, op bladz. 98. De Schieringers en Vetkoopers. Over den aard en oorsprong dezer Partijschappen is veel geschreven, zonder dat echter iemand in staat was, daarvan zekere en naauwkeurige berigten te kunnen mededeelen.
Museum Catsianum, door de Jonge van Ellemeet, 2e vermeerderde uitgave, 1887. H. Jansen Marijnen, Jac. Cats, een mislukt eerherstel, in Studieën LXXIV 497. Buitenrust Hettema, Van Lennep op Kongressen in Nieuwe Gids 1910, bladz. 411. De oudere literatuur vindt men bij Kalff, a. w.
Het realistisch-erotisch element o.a. in een vers als 1921: "Maer so een meer maelt, so hi moeder es." Met vs. 1519 vlgg. J.W. MULLER in Taal en Letteren van 1895; de nieuwe uitgave "van den Vos Reinaerde" door BUITENRUST HETTEMA en MULLER; de artikelen dezer geleerden in Taal en Letteren, 14e jaargang. Ik verwijs hier naar de voortreffelijke uitgaaf van Prof.
Zij kwam in 1825, in het Deensch, in het licht , en werd in 1832, door ons geleerd Medelid den Heer HETTEMA, in het Nederduitsch , en in 1834, door Professor Buss, te Freiburg, in het Hoogduitsch, overgezet en uitgegeven . Dit is de eerste, en tot nog toe de eenige, zuiver Friesche grammatica, welke wij bezitten, uit de oudste schriftelijke gedenkstukken geput.
Immers, het Oud Friesch woordenboek van den geleerden WIARDA, dat, hoe onvolledig ook, op sommige artikels zeer rijk is , de Aanteekeningen op de Friesche wetten, door WIERDSMA en BRANDTSMA, die op het Asegaboek, door WIARDA, op het Oostfriesche landregt, door VON WICHT, op het Emsiger landregt, door HETTEMA, kunnen en behooren bij de studie van de bronnen der taal geraadpleegd te worden.
In lateren tijd is eene verdichting evenzeer onmogelijk, om de eenvoudige reden, dat niemand meer die taal machtig was. Buiten de namen van Rask, Richthofen en Hettema, is er geen te noemen, die als taalkundige in dit vak bekend is geweest, of de taal zoo bestudeerd heeft, dat hij daar in schrijven kon.
J. H. HALBERTSMA, in het Foärwird voor de Twigen uwt ien âlde stamme, Dimter 1840. Op blz. XLVII der Preface voor Dr. J. BOSWORTHS Dictionary of the Anglo-Saxon language, Lond. 1838. Jr. Mr. M. HETTEMA en Ds. R. R. POSTHUMUS, Onze reis naar Sagelterland, Franeker 1836.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek