United States or Croatia ? Vote for the TOP Country of the Week !


Onwillekeurig glimlacht hij even als hij ze plotseling in gedachten voor zich ziet: de lange magere, sproeterige klarinettist met den rossigen sik en den blauwen bril; de breedgeschouderde, dikbuikige, roodwangige, blonde reus, die 't piccolo-fluitje zoo schel bespeelde; de altijd opgeruimde, goedmoedige, bijziende snorrebaard met zijn schuiftrompet; de scheefgegroeide vlasblonde boerenkinkel die melancholisch in den waldhoorn blies en het allerkleinste Oempah'tje, bijna bezwijkend onder 't gewicht van den grooten bashoorn, waarmeê hij de andere instrumenten begeleidde door het onophoudelijk, blazend en hijgend uitgestooten: Oempah Oempah Oempah!

De Oempah vergat gewoonlijk, zoodra hij "ein mensch" werd, zijn dagelijksche ellende en werd weer grappig, zóó grappig zelfs, dat de boeren en aakschippers zich slap lachten over den "blaasmof", die niet alleen zulke vroolijke liedjes speelde, maar ook komieke boerendansen kende, waarbij hij jodelnd zong en met de vingers knipte.

De orgeldraaiers lachen in hun vuistje en wijzen elkander met leedvermaak den enkelen Oempah aan, die nog beproeft om aan het valkenoog der agenten te ontsnappen. Als een gejaagd hert zwerft hij door de straten en langs de grachten zijn instrument verbergend zoo goed hij kan.

"Kijk 'm z'n best doen!" giegelt een magere fabrieksmeid, "hij haalt 't uit z'n toonen op z'n oogen rollen haast z'n kop uit!" De Oempah stoort zich niet aan de kritiek; hij raakt nu eerst goed op dreef, zet den linkervoet nog een eind vooruit, gooit 't hoofd meer achterover en slaat de oogen verrukt omhoog, want 't mooiste refrein komt nu: Du liebes Aug, du lieber Stern,

Uit een dier smalle steegjes, uit een huis waarvan de trapdeur nooit gesloten wordt en waarin een aantal huisgezinnen opeengepakt zijn, is hij langzaam, moeilijk loopend, bijna hinkend te voorschijn gekomen, de ongelukkige Oempah! Hij is gewond, hij bloedt nog, want gisteren heeft hij in een potscherf getrapt, toen hij vluchten moest voor zijn vijand den politieagent.

Zijn moede, donkere oogen, waterig door alkohol en verkoudheid, staren dof en doelloos voor zich uit. Snuffelend haalt hij den rooden, kouden neus op en in zijn ongeschoren, reeds grijs wordende stoppel-baard rollen nu en dan een paar zilte tranen, zóó erg heeft de arme Oempah het beet.

De vrouw was eindelijk, waarschijnlijk tengevolge van overspanning bij de herhaalde verschillen van meening met haar echtgenoot, aan ééne zijde ietwat lam geworden en de Oempah had zijn "embouchure" niet meer zooals vroeger tot zijn dienst; hij had een paar tanden verloren en de cornet

Een tijd lang verdiende de Oempah een schamel stukje brood, door 's nachts in danshuizen of matrozenkroegen te spelen, maar ook d

De bazin met al haar goud behangen, en fluweelen mantel om, een toque met roode rozen en oranjebloesem op 't hoofd, en de Oempah in het voor hem pasgemaakte zwart lakensche pak van wijlen den baas en met een nieuwen hoogzijden hoed op, stapten er in en kwamen terug als echtelieden, die voortaan lief en leed zouden deelen.

Had de Oempah, door hier en daar, voornamelijk in de buitenwijken, te spelen, wat klein geld opgehaald, dan 't zij hem ter eere gezegd, had hij de beste voornemens, en kocht "brot oend woerscht für 's froumensch!" liet 't netjes inpakken en bracht een en ander ook werkelijk thuis, wanneer hij de verleiding weerstond, om hier of daar even in te wippen "oem ein paar auf die lampe zoe jiessen."