Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 21 oktober 2025


»Zoudt gij dien opgeschikten aap, en die andere Typhonskinderen naloopen?" vroeg een tempeldienaar, die alles behalve in zijn humeur was, zijn buurman, een eerzamen kleermaker uit Saïs. »Ik verzeker u, Poehor, en ook de opperpriester heeft het gezegd, dat deze indringers niets dan onheil over het zwarte land brengen!

Inderdaad, beneden by de dubbele glasdeur was ook 'n bel, en daarnaast las hy 't woord: magazyn. Hier zal ik moeten wezen, dacht hy. Kantoor en magazyn zal wel zoo omstreeks 'tzelfde zyn. En hy belde. De persoon die belast was met het "naloopen" van deze schel, zou alweer zeer gevoegelyk kunnen doorgaan voor 'n kurator of superintendent van 't respekt.

"Zooals ik gezegd heb, dat is de Voorzienigheid geweest en niets anders, gelijk Mevrouw ons altijd heeft onderricht. Er komen altijd werktuigen op, om den wil des Heeren te doen. Als ik er niet geweest was, zou zij vandaag wel twaalf maal gevangen zijn. Was ik het niet die de paarden van morgen liet hollen en ze bleef naloopen tot dicht bij etenstijd?

Haar vader en hare bewaakster moesten haar gedurig naloopen; maar als zij haar hadden opgevangen, verdween zij weder als een zomerwolkje, en daar geen woord van berisping of streng verbod haar ooit in de ooren klonk wat zij ook verkoos te doen, zwierf zij naar willekeur over de geheele boot.

Ongeveer gelijkelijk redeloos blikten hij en de biggen elkander een tijdlang aan. Het gesprek werd ingezet van den kant der biggen, bij monde haars meesters, die heur volmaakte gezondheid tot Kreels kennis bracht. Mijn kameraad Kreel riep zijn onnoozelste grijns tevoorschijn. "'k Mot geen biggen", beweerde hij, en slungelde eenige stappen op. Hij wist, dat de varkensfokker hem zou naloopen.

"Helaas!" dacht hij, "wanneer de Wandelende Jood ze gedragen had, zouden ze in geen deerniswaardiger toestand kunnen zijn. En toch zijn ze door het naloopen van Marie zoo versleten .... Ga verder, mijnheer Benoît." "Ik zeide dus zestig francs," herhaalde deze. "Verder geleend zeven-en-twintig francs." "Wacht even, mijnheer Benoît.

Tusschen twee kleine hôtels gaat de weg naar de ruïnes; overal gidsen, gegalonneerde jongens van Cook; muzikanten, die op cithers dwepen; bedelaars als oude gentlemen in onmogelijk gelapte jassen; kinderen, de billen uit den broek, of alleen in een hemd, die een stukje steen oprapen en je naloopen met: antiche, antiche....: een aplomb, waar je altijd weêr om lachen moet....

Ik spreek niet van het naloopen met hoeden en petten, en van het verschil van gevoelen omtrent het weder, dat tusschen ouders en kinderen dikwijls aanmerkelijk kan uiteenloopen.

Nu is 't nog rustig en leeg hier, maar weldra zal de moslem zijn gebeden prevelen in den toren; zal er vreemdsoortige, lawaaierige muziek klinken bij de Arabische danseres, die de Italianen zal laten genieten van een nerveusen danse du ventre; dan zullen de kooplieden met hun roode fez u met een "bon marché, monsieur!" naloopen om u hun waren aan te prijzen en bruine jongens op bloote voeten u trachten over te halen om op een witten ezel of een hoogen kameelenrug rond te rijden.

Zij ging voort met tot zich zelve te spreken, het hoofd in 't kussen: "O, wij zullen gelukkig zijn. Vooreerst zullen wij een kleinen tuin hebben. Mijnheer Madeleine heeft het mij beloofd. Mijn dochtertje zal in den tuin spelen. Zij zal de letters wel kennen en ik zal haar leeren spellen. Over het gras zal zij de kapellen naloopen. Ik zal haar dan zien. Vervolgens zal zij haar eerste communie doen.

Woord Van De Dag

sanktie

Anderen Op Zoek