Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 12 oktober 2025
»Die bede zy u toegestaan »Mijn Jonker van Montfoort!" En ijlings was de Jonker heen, Te paard, en voort, en gants alleen; Men wist niet naar wat oord. Aan Medways blaauwen waterstroom Daar rijst een landkasteel. Daar staart een Jonkvrouw van den trans. Heur lieflijk aanzicht blinkt van glans, Als ducht zy 't lot niet veel.
Vóor dien tijd had hy ook bezittingen in Holland verkregen: de Heerlijkheid Purmerende, die hy in 1431 van den Ridder van Sijl had gekocht. Onder hem raakte ook de verhouding van den Leenheer tot den Leenman, van den Bisschop van Utrecht tot den Burchtgraaf van Montfoort, in eene omgekeerde verhouding van wat zy te voren geweest was.
De Jonker van Montfoort. »Al wat ik Uw Genade breng, »Wanneer ze 't my in gunst geheng, »Dat is een luttel woord: »Een groete van de Rijksprinces, »Een vorstelijke groet; »Daarby een bede, koen en stout: »Een Jonkvrouw, twintig jaren oud, »Die drukt ze u op 't gemoed.
Op den 4en April van het volgende jaar, terwijl de Ruwaard zich te Amersfoort bevond, brak er eene omwenteling uit, die Bisschop David in de stad, en Johan van Montfoort met eenigen der zijnen in de gevangenis bracht. Gelukkig voor den Burchtgraaf was Henric van Zuylen van Nyevelt nog in vrijheid.
Graaf Willem sloot zijn kind aan 't hart, Geroerd en blij te moê: »Nu spreek, mijn dochter! gul en rond: »Ik zie, een beê zweeft om uw mond; »'k Zweer u verhooring toe." Wie vraagt nog, wat de Jonkvrouw bad Na 's Graven plechtig woord? Daar gingen luttel weken om, Toen was zy bruid; de bruidegom Was Sweder van Montfoort.
En Ellen brak in jubel uit, En viel haar aan de borst. »Dat andwoord, Vrouwe! loone u God: »Dat spelt me een eindloos zoeter lot »Dan ik ooit hopen dorst. »Neem nu mijn droef en blij vaarwel: »Ik trek naar ander oord; »En zoo gy ooit my wederziet, »Dan is 't in Hollands rijksgebied, »En Vrouwe van Montfoort!"
De uitspraak deed zich niet lang wachten: Beaumont, na de Kamprechters te hebben gehoord, rees op, en verklaarde, dat de partij, welke door Graaf Willem was aangevoerd geweest, de zege had behaald; doch dat aan den Graaf, aan Hendrik Dusmer, aan Deodaat van Verona en aan Floris van Montfoort gelijke prijzen, wegens de door hen betoonde dapperheid, behoorden te worden toegekend.
Floris zond den beiden Edelen een ontzegbrief, en rukte spoedig voor Vreeland; zijne moedige Zeeuwen, onder Costijn van Renesse, sloegen den tot ontzet aangesnelden Gijsbrecht geheel, en namen hem zelfs gevangen; Arent van Aemstel zag zich toen genoodzaakt tot de overgave van Vreeland, en Floris, na het kasteel van eene Hollandsche bezetting voorzien te hebben, sloeg den weg in naar Montfoort.
Juist in den tijd harer kennismaking met Erasmus, slechts vier of vijf jaren haar oudere, had zij hare zinnen op een jonkman van buitengewone schoonheid maar van middelmatige geboorte en weinig inkomsten gezet, zekeren heer Lodewijk van Montfoort, berooid Adonis.
De nacht was gedaald, en mag wel niet zeer helder geweest zijn, toen eenige mannen, aan de gracht van het kasteel te Montfoort genaderd, er eene schouw te water brachten, kennelijk met het doel om de wallen te beklimmen. Maar het was hier niet, zoo als te Woerden: De naauwlettende wacht werd opmerkzaam, en in een oogenblik was de gantsche bezetting op de been.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek