Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 16 mei 2025


Je leert toch maar leelijke dingen van hem!" "Neen, moeder, die Jan van Dulven is heusch niet gemeen, en de jongens alleen scholden onzen nieuwen buurman niet uit. De heele buurt noemde hem "den Beer." "Dan deden al die menschen verkeerd, Frans! En ik wil hebben, dat je buurman niet anders noemt dan "meneer Moerdijk", begrepen?" "Ja, moeder!"

Op den 14 Julij 1711 is de Stadhouder, in zijnen jeugdigen leeftijd, op eene droevige wijze omgekomen, daar hij bij de overvaart van het Strijensche Sas aan den Moerdijk, toen door een rukwind de pont werd omgeslagen, zijn dood in de golven vond.

De blinde herkende hem echter aan het meesterlijk spel en zei: 'God zegene den grooten meester Frans Jacobsen!" "Wie, wie, wat, wat zeg je?" schreeuwde de oude vrouw. "Mijn, mijn Frans, mijn eigen Frans?" "Ja, vrouw Jacobsen, jouw zoon, die...." Andermaal ging de deur open en.... "Dag moeder, dag meneer Moerdijk!" zeiden de heer en de dame, die binnentraden.

Frans deed de deur open en stond in de tuinkamer waar het ruim en luchtig was. Wat er zoo al in de kamer te zien was, zag Frans niet. Hij zag alleen mijnheer Moerdijk, zooals hij daar in zijn stoel zat. Op de grijze haren stond een zwart fluweelen kalotje en de bril was in de hoogte geschoven, en rustte nu op het hooge voorhoofd boven een paar groote, zwarte wenkbrauwen.

Onwillekeurig kwam voor niet langen tijd bij den Hollander een onaangenaam gevoel op, als hij Noord-Brabant moest bezoeken, nog meer, als hij genoodzaakt was, daar zijn woonplaats te kiezen. Het land "aan gene zijde van den Moerdijk" beschouwde men als het uiteinde van Nederland, en Limburg werd nauwelijks tot Nederland gerekend.

De volgende week reeds kwam de weduwe Jacobsen elken dag bij mijnheer Moerdijk een paar uren werken; want "Aaltje, de meid wordt wat oud," had hij gezegd. Frans ging school.

Frans' oogen schitterden, en zijn "ja, meneer!" kwam er zóó blij uit, dat mijnheer Moerdijk niet behoefde te vragen, of hij wel meende, wat hij zei. "Zoo, wil je muzikant worden? Ei, ei! Maar dan dien je te beginnen met de noten te leeren!" "O, meneer, die ken ik al! Ik heb ze op school geleerd! En.... maar zal u niet boos worden, als ik u nog wat zeg?" "Dat komt er op aan wat het is, manneke!"

De oude heer glimlachte en sloeg toen weer zes toetsen aan, maar toen hij nu weer vroeg: "Is dat mooi of leelijk?" riep Frans: "Dat is mooi, meneer!" Toen mijnheer Moerdijk dit gehoord had, begon hij langzamerhand te spelen, en eindigde met zulk een treurig liedje, dat Frans de tranen in de oogen sprongen. "Wel?" vroeg hij toen.

Mijnheer Moerdijk antwoordde hem in het Fransch en toen ontstond er tusschen die twee heeren een gesprek in die taal, dat wel een half uur duurde. Frans verstond er niets van, doch hij begreep toch wel waarover het zijn zou, en toen het gesprek geëindigd was, zei de blonde meneer: "Kereltje, deze meneer wil een muzikant van je maken en dat vind ik goed!

Maar nu moet je een boodschap voor me doen in de Zilverstraat!" Hierop stuurde de oude heer hem naar een boekwinkel en onderwijl hij weg was, mompelde mijnheer Moerdijk: "Als hij een goed gehoor heeft, dan wil ik dat wel eens doen! Ja, ja, ik heb toch geen kinderen of geen familie op de wereld. Dat wil ik doen!" En wat wilde hij nu doen? Dat zullen we zien.

Woord Van De Dag

sentimenteelig

Anderen Op Zoek