United States or Qatar ? Vote for the TOP Country of the Week !


Nog terwijl deze zich voor zijne reis gereed maakte, kwam Merlijn, de grijze toovenaar, tot den koning en vertelde hem, dat de jonkvrouw, die met het zwaard aan het hof was gekomen, eene booze, valsche vrouw was. Zij had een minnaar gehad, met wien zij nachtelijke samenkomsten hield in een eenzaam priëel in het park van haren vader.

En het ongewone en het onbegrijpelike van het liefdeleven wordt door dichters en rhetoren breed uitgemeten; hoe het beeld van de geliefde in het hart van de minnaar nederdaalt of hoe de beide geliefden elkaar hun hart geschonken hebben en zo elk van de beide de ander letterlik in verre landen met zich mede draagt; hoe de minnaar als de mug is die om de vlam fladdert, ofschoon hij zich voortdurend brandt, of haar schoonheid hem als een magneet steeds tot zich trekt.

Het gebeurt wel dat zulk een meisje een minnaar vindt en trouwen wil: dan moet de vrijer haar loskoopen van haar meesteres. Het gebeurt ook wel dat er een wegloopt, omdat zij het eeuwig rondzwervende en toch eng-gebonden leven niet langer harden kan misschien, of misschien ook omdat de man, die haar trouwen wil, geen geld genoeg heeft om haar vrijheid te koopen.

Zo gy maar veinzen kunt, zult gy de rol heel licht Van Minnaar speelen voor haar Vaders aangezicht. LEANDER. Maar gy moest t’eene niet voor ’t andere bestellen. WOUTER. Rust jy jouw hooft maar Heer; dit ’s ’t huis, ik zal eens schellen. Vertrekt. IZABEL, van binnen. Wie klopt daar? WOUTER. Vriend, doet op. ’t Is Izabel. IZABEL. Wie wou jy spreeken, Heer?

De godin had hem namelijk drie gouden appels gegeven, waarvan hij onder het loopen telkens een voor de voeten van Atalante wierp; deze bukte om de prachtige kleinoden op te rapen, maar verloor daardoor zooveel tijd, dat haar minnaar, voor wien zij intusschen zelve ook liefde had opgevat, het eerst het doel bereikte.

Hij zei de dames, dat hij er niet aan twijfelde, of de prins zou zeer voldaan zijn over de schoone, die voor hem was bestemd en dat zij van haar kant reden had om tevreden te zijn met zulk een minnaar, dat de prins edelmoedig was, goedhartig en zacht. Eindelijk verzekerde hij, dat hij daar verschijnen zou zooals zij het wenschte, zonder opzien en zonder gevolg.

En zoo wachtte en sliep Beatrice te Paddington, terwijl haar minnaar te Euston wachtte en waakte. Omstreeks vijf uur werd zij wakker, en al de smartelijke gedachten aan het verleden, het tegenwoordige en de toekomst bestormden haar hart. Zij liep de ledige straat op, en op een opene ruimte tusschen de huizen zag zij de zon opgaan. Het was de laatste zonsopgang, dien zij zou aanschouwen.

De donna zond de tand dadelijk aan haar minnaar; deze zeker van haar liefde bood zich aan tot elk genoegen van haar bereid. De donna, die hem nog zekerder van haar liefde wilde maken en wien het nog duizend uren scheen te duren, eer zij met hem zou zijn, wilde woord houden.

Hij was een zeer lijdelijk minnaar, ten minste dreef zijn toenemende liefde hem niet tot uitersten. Tot een liefdesverklaring kon hij maar niet besluiten. Den beker had hij in zijn hand, maar hij waagde het niet de teerling te werpen. Hij zocht echter zooveel haar bijzijn als hij durfde.

Zoo kennen wij uit B. den Paradijsgeest, minnaar van Elpine, als een hartstochtelijk wezen, dat alleen door overmaat van liefde voor haar en voor het kroost dat hij van haar wacht, een roekeloos voornemen opvat, waarvan het uitspreken alleen hem bijna bezwijken doet onder een geheimzinnige wroeging.