United States or Jersey ? Vote for the TOP Country of the Week !


"Maar lieve hemel," zeide Rodolphe wanhopig, "ik kan ze toch vannacht hier niet houden. Vroeger ging dat goed, maar nu is dat wat anders," en hij keek daarbij naar Mimi, wier warme blik om eenzaamheid met hun tweetjes scheen te smeeken. "Wat moet ik beginnen? Geef mij toch eens raad, Marcel. Verzin toch een middel, om ze hier vandaan te krijgen!"

En terwijl Mimi zijn tweede vrouw is, blijft hij naar Tine en de kinderen verlangen: en dat is geen "literatuur", in zijn romantische liefdesverhoudingen is hij oprecht, ja hij suggereert zich zelfs, dat ook Tine hierin met hem meevoelt.

En Kees lachte met zijn breede grijns van goedronden zeeman. "Je hebt daar net met Mimi van Keppel gedanst, ," begon hij weer, na een paar teugjes, "hoe vind-je die?" ".... die juffrouw van Keppel, meen je?.... Wèl!.... 'n Aardig meisje, geloof ik!.... Is 't 'n vriendin van een van je zusters? 'k Heb haar nooit ontmoet bij jelie...."

En in overleg met twee of drie vrienden begon hij over mademoiselle Mimi een groot aantal indiscrete onthullingen te vertellen, waarvan ieder woord als een doorn in Rodolphe's hart drong.

"Zoo," mompelde Marcel, "die is al even laf als ik." Toen Rodolphe naar zijn eigen kamer wilde gaan, werd er tweemaal zacht op de deur van Marcel geklopt. "Wie voor den duivel kan nog zoo laat hier willen zijn?" zeide de schilder. Een kreet van verbazing ontsnapte hem, toen hij de deur geopend had. Het was Mimi. Daar het donker in de kamer was, herkende Rodolphe zijn vriendinnetje niet dadelijk.

Overigens beweert zij, dat zij weer bij je terug kan komen, wanneer zij maar wil, zonder eenige tegemoetkoming van haar kant, en alleen maar om je vrienden woedend te maken." "Het is goed," zeide Rodolphe; "laat ze maar komen dan zullen we verder zien." En hij begon Amélie weer het hof te maken, die alles dadelijk aan Mimi ging overbrieven en verzekerde, dat Rodolphe "smoor" op haar was.

"Zeker is hij veranderd," antwoordde Marcel; "heel erg veranderd zelfs." "Hij is bedroefd, dat spreekt. Maar wat kan ik er aan doen? Des te erger voor hem, het is zijn eigen schuld. Ten slotte moest er een eind aan komen. Troost jij hem, Marcel." "O, o," zeide Marcel kalm; "maak je daar maar niet ongerust over, Mimi; dat is al voor de grootste helft in orde."

Het gebeurde eenigen tijd, nadat de dichter Rodolphe met de jonge mademoiselle Mimi een eigen huishoudentje had opgezet; sedert ongeveer acht dagen heerschte er in den geheelen vriendenkring een groote onrust naar aanleiding van de verdwijning van Rodolphe, die plotseling als in een nevel scheen te zijn opgelost.

Bernard had Lucie Tadingh aan zijn rechterhand en Lize Schot aan zijn linker. Mimi zat aan een andere tafel, hij kon haar zien zitten, half van terzij.

Inderdaad ging er bijna geen dag voorbij of er barstte in één van de huishoudens een onweer los. Nu eens waren het Mimi en Rodolphe, die, wanneer hun de krachten om te schreeuwen begonnen te ontbreken, elkaar hun meening duidelijk maakten door elkander de eerste de beste projectielen, die ze in handen kregen, naar het hoofd te slingeren.