United States or Saint Kitts and Nevis ? Vote for the TOP Country of the Week !


Hij had op Rupert vertrouwd, en dat viel nu deerlijk mis uit. Roy-Dour leek hem fijner besnaard dan d'Orval. Waarom liep hij niet dadelijk weg? Waarom liepen zij daar allemaal niet weg? 't Was een potsierlijke doening.... Iedereen bleef. Met Milly hadde elk van hen kort spel gemaakt. Geen enkele echter, die 't aandierf om de vijf en dertig anderen hun groven misslag onder den neus te wrijven.

Werktuigelijk nam ze een tweede sigaretje, stak het aan, staarde op het wispelturig gekrul der dampwiegeling, staarde, staarde hopeloos, tot het vuur seffens doodvonkte en een laatste rookring, waggeltraag uit de koude asch gestegen, thans in het luchterlicht blauw, fijn-blauw, bleek-blauw, blauw-onzichtbaar .... te sterven hing. Milly d'Orval verliet Brussel 's anderen daags.

Gij zijt zoo echt kostbaar, fluisterde hij, terwijl hij de rilling naging welke, onder zijn warmen adem, over hare naakte schouders sidderde. Milly d'Orval werd een habituée van de Old-curiosity-shop, het roode ding van de Bisschopstraat. Ze maakte er zich meer vriendinnetjes en richtte ten harent smulpartijtjes in, waar het puik van de hooge plezierclubs werd aangenomen.

Gij komt te laat voor mij, en wat ondertusschen met mij is voorgevallen, gebeurt te vroeg voor u. Te vroeg voor mij, Milly? Gebeurt te vroeg voor u. Want nu gaat over mijne liefde de zon onder, en ik ben de blinde die, in den avond, pas ziende wordt. Ik verlaat u. Hare armen waren langzaam neergekomen en hingen nu over hare lenden, in een dubbele plooi van haar rok.

Juist op dat oogenblik opende de zwarte lakei de eetzaal, en Milly d'Orval leidde er den sleep van ontgoochelde aanbidders even alsof ze, in een wemeling van hovelingen, eene koningin ware geweest. Ernest Verlat zag ze opgaan, pronkend in valsche majesteit, aan den te korten arm van het thoopegerimpeld Joodje, het Joodje dat, naar allen schijn, haar uitverkoren melkkoetje zou worden.

Zij reden door tot op den Kortenbergschen steenweg, die eenzaam lag onder zijn effen-blank sneeuwgewaad. Het is nog zeer vroeg, fluisterde Milly, neemt ge een grogje bij me? Hij sprong uit het rijtuig en bood haar zijn arm.

Ernest beweerde dat topazen over het algemeen niet zoo zeldzaam waren. Hij verkoos de roosvormige robijnen, die er rond waren gelegd. 't Zijn, vertelde Milly, robijnen uit een zilveren hartje dat Sörge mij in Nizza gaf. Zoo! .... Ze dronk een slokje mineraalwater en proestte 't uit in haar servet.

Hij plaatste er de personen, die handelen zouden, als zoovele motieven, waarvan hij pogen moest de geheime drijfveer te zijn. Dáar Francine, en dáar Milly. Die eerste moest komen en die andere heengaan. Hij zag de krachten, waartegen hij met éene kracht zoude opwegen: de wilde liefde van Milly, de veelvormige zwakheid van Francine.

Kijk maar, wees Milly, hare hand boven de roemers uitreikend, dezen topaas zond hij me, op een avond, met een zijden touwtje rond de stengels van een bundel leeljen gebonden. Hij is achtkantig geslepen en hij heeft, naar men zegt, eene groote waarde. De topaas was groot en diep. Het kaarsenlicht brak er in en spitterde uit in honderd gouden stralen.

Hij schrok geweldig, had geen tijd tot bezinning, werd in een klingelend gekraak van roode blikkertjes binnen de knellende roode mouwen geprangd. De lauwte van haar lijf zoelde er door. Hij voelde de zwaarte van hare bewegende heupen, de hijgende zwelling van haar boezem. Hij zag hare oogen, verging in dien dobbelen gloed. Milly! bad hij. De roode vlammen, die opwapperden om haar, besloten hem.