Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 28 mei 2025


Sancho Panza boog zich, zonder antwoord te geven, en de hertogin gaf orders, dat de arme schildknaap als een prins verpleegd en verzorgd zou worden, daar men hem maar al te goed kon aanzien, hoe bitter hij door zijne kwelgeesten, den lijfarts en den hofmeester, geleden had.

"De oude lijfarts van de Koningin?" vroeg Gorgias afkeurend, en toen de slaaf dit bevestigde, zeide hij: »Dat is in mijn oogen niet goed, dien eerwaardigen grijsaard met zulk een fellen Noordenwind ter wille van zoo iets te laten uitgaan. De ouderdom is tegenover den ouderdom nooit bijzonder barmhartig.

Terwijl zijn heer dan een warm bad nam, moest Constant hem de laatste nieuwtjes uit de stad vertellen, waar hij zelf den vorigen dag had gegeten enz. Kwam Corvisart, de eerste lijfarts dan binnen, dan kreeg deze vaak een lachend: "Zoo aartskwakzalver, ben je daar? Heb je er vandaag al veel doodgemaakt?"

Sancho had gaarne wat anders gehad; maar de lijfarts deed opmerken, dat weinig en licht voedsel den geest scherp en levendig houdt, wat vooral voor iemand, die ambt of waardigheid bekleedt een ding van uiterst groot gewicht is.

»Alleen als het noodig is," hernam de bouwmeester. »Daar staan mijn beide rijdieren, volg gij mij op het tweede, en als ik met de booze geesten niet klaar kom, dan is het nog altijd tijd genoeg om den lijfarts te halen." Deze voorslag behaagde den ouden man, en korten tijd daarna trad Gorgias het tablinum van den philosoof binnen. Helena heette hem welkom alsof hij een oud vriend was.

Zijn vriend Friend, die lijfarts was der Koningin, had in 1722, als Lid van 't Parlement, zich heftig tegen het Ministerie verklaard. De Minister, hierover gebelgd, had hem van hoog verraad beticht en in den toren van Londen doen sluiten.

"Niemand kan zoo iets van mij verlangen, als niet de hertog zelf het gebiedt," antwoordde Sancho. "Tot hem ga ik, en aan hem zal ik rekenschap afleggen, zooveel hij maar verkiest. Van u echter heb ik geen getuigenis noodig, want dat ik mij niet verrijkt en in alle onschuld geregeerd heb, weet gij even goed als ik zelf 't weet." "Bij den hemel, Sancho heeft recht!" riep Recio, de lijfarts.

Çahabi-Divan is reeds bejaard; sedert het begin van den zomer lijdt hij bijna onafgebroken aan koorts, en hij voelt zich nu zoo zwak dat hij, na gehouden overleg met zijn lijfarts, besloten heeft, het uiterste te beproeven en in 's hemels naam de hulp van een Farangui in te roepen.

Daarna werd hij als gezant naar Tarentum afgevaardigd, doch daar wederrechtelijk gevangen gehouden. In 280 streed hij onder den consul P. Valerius Laevinus in den slag bij Heraclea tegen Pyrrhus. In 278 was hij opnieuw consul. Hij ontving toen van 's konings lijfarts een aanbod om den koning te vergiftigen, doch in plaats van dit aan te nemen, gaf hij er den koning bericht van.

»Overigens," viel Zopyrus zijn vriend in de rede, »kan ik zeer goed begrijpen, waarom de Samiër niet lichtvaardig afstand doet van zijn lijfarts. Ik verzeker u Darius, die man heeft zijn gelijke niet!

Woord Van De Dag

meisjesschaar

Anderen Op Zoek