Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 20 juni 2025


Ik naderde dus den muur en sprak zoo duidelijk mogelijk deze woorden: "Oom Lidenbrock!" Ik luisterde met een levendigen angst. Het geluid heeft geene buitengewone snelheid. De dichtheid der luchtlagen vermeerdert zelfs zijne snelheid niet, zij vermeerdert slechts zijne kracht. Eenige seconden, die zoo vele eeuwen schenen, verliepen en eindelijk bereikten deze woorden mijn oor: "Axel!

Deze uitroep herinnerde mij dat professor Lidenbrock in zijne verloren oogenblikken ook een boekengek was; maar een oud boek had in zijne oogen alleen waarde als het onverkrijgbaar of tenminste onleesbaar was. "Welnu," zeide hij mij, "ziet gij het dan niet? Het is een onwaardeerbare schat, dien ik dezen morgen gevonden heb bij het doorsnuffelen van den winkel van Hevelius, den jood."

"Maar dat is onmogelijk!" riep ik uit, de schouders ophalende en geërgerd door zulk eene vooronderstelling. "Onmogelijk!" antwoordde professor Lidenbrock op een gestrengen toon. "En waarom?" "Omdat die krater natuurlijk versperd is door de lava, de gloeiende steenen, en dus...." "En als het een uitgedoofde krater is?" "Een uitgedoofde?" "Ja.

En professor Lidenbrock moest het wel weten, want men hield hem voor een groot taalkenner. Wel sprak hij de 2000 talen en 4000 tongvallen, die op de oppervlakte der aarde in gebruik zijn, niet vloeiend, maar hij wist er toch aardig wat van.

Maar de hemel vermengt steeds groote vreugde met groote smarten en had voor professor Lidenbrock eene voldoening weggelegd, die zijne wanhopend makende verveling evenaarde. Den volgenden dag was de lucht nog betrokken, maar Zondag, den 28sten Juni, op twee na den laatsten dag der maand, kwam er met de verandering van maan ook verandering van weder.

Maar ik hield deze tegenwerping voor mij en wachtte de verdere gebeurtenissen af. Het overige van den dag werd doorgebracht met rekenen en praten. Ik beaamde altijd het gevoelen van professor Lidenbrock en benijdde de volmaakte onverschilligheid van Hans, die zonder zoo naar uitwerksels en oorzaken te zoeken, blindelings ging waar het noodlot hem heenvoerde. Toenemende stilzwijgendheid. Verdwaald.

Deze overdenkingen deelde ik aan professor Lidenbrock niet mede; hij zou ze toch niet begrepen hebben. Hij dacht aan niets anders dan om vooruit te gaan. Hij liep, gleed, tuimelde zelfs met eene overtuiging, die men in allen gevalle moest bewonderen.

Professor Lidenbrock had hun stand snel onderzocht, hij hijgde, liep van den een naar den anderen, gebaren makende en allerlei onverstaanbare woorden uitende. Hans en zijne makkers, op brokken lava zittende, zagen het aan en hielden hem zeker voor een gek. Eensklaps schreeuwde mijn oom luidkeels; ik dacht, dat de grond onder hem wegzonk en hij in een der drie afgronden viel. Maar neen.

Het zou mij onmogelijk zijn de opeenvolgende gevoelens te schetsen, die professor Lidenbrock bezielden, zijn ontsteltenis, zijn ongeloof, zijn toorn! Nooit zag ik iemand eerst zoo verlegen, daarna zoo verbitterd. De vermoeienissen van den overtocht, de doorgestane gevaren, alles moest dus weder op nieuw beginnen. Wij waren achteruit in plaats van vooruit gegaan.

Martha moest zonder antwoord heengaan; ik voor mij, na mij eenigen tijd er tegen verzet te hebben, werd door den slaap overmand en sliep in op het einde van de canapé, terwijl oom Lidenbrock nog maar altijd berekende en doorschrapte. Toen ik den volgenden morgen ontwaakte, was de onvermoeide werkezel nog aan den arbeid.

Woord Van De Dag

phylarchos

Anderen Op Zoek