United States or Peru ? Vote for the TOP Country of the Week !


De bezetting, 't ergste duchtende, gaf zich over, en de Hertog, eerlang de stad binnengetrokken, liet er zich tot Heer huldigen: zoo dat Jan VII, wilde hy anders in 't bezit zijner Heerlijkheid blijven, zich genoodzaakt zag, daarvan hulde te doen aan Brabant, en den Hertog als zijn Leenheer te erkennen.

"Die ontrouwe Leenheer heeft onze Koning de oorlog durven aanzeggen en onze nicht Johanna van Navarra zodanig getergd dat zij er bijna ziek van werd. En wij zouden hem dan nog moeten sparen?" "Mijne heren!" riep De Valois nogmaals. "Gij kent mijn bede. Ik geloof niet dat het u aan edelmoedigheid ontbreken zal. Nu vooruit!

't Is of die overblijfselen u toeroepen, dat hun voormalige bewoners, die, vermaagschapt aan de eerste vorstenhuizen in Europa, langen tijd geen ander gezag boven zich erkenden dan dat des Duitschen keizers en door de sires van Bettendorf, Brandenburg, Clervaux, Esch, Erpeldange, Meysemburg en anderen als leenheer gehuldigd werden, dat zij niet verdacht wilden worden van iets gemeen te hebben met wie daar beneden hunne tenten hadden opgeslagen in de nederige woningen, rondom hun slot gegroepeerd!

Hij beklaagde zich erover, dat een dolende ridder in Christelijk Spanje, zóó door de bewoners behandeld kon worden, als dit met hem het geval was geweest, waarop de Koning zeer verstandig antwoordde, dat er in ieder land goede en slechte menschen gevonden werden, en dat de verslagen ridders hun leenheer ontrouw waren, en hun lot hadden verdiend.

"Misschien ware Holland dan met het Sticht vereenigd." "Ik mag de wapenen niet voeren tegen mijn leenheer, Hoogeerwaarde. IJselstein is een Hollandsch leen." "Maar zijt ge dan ook niet Maarschalk van Utrecht, en mij als zoodanig hulp verschuldigd?" "Ik ben uw Maarschalk, Hoogeerwaarde, en stel daar grooten prijs op.

De wederzijdse, volkomen religieuse plicht van trouw van leenheer en vazal, konden die zich evenmin eigen maken als het begrip van een ekonomiese gemeenschap in de maatschappij die het leenstelsel draagt.

Een ander die het met zijn leenheer te kwaad heeft gehad en hem eindelik in zijn macht heeft gekregen, werpt hem in de gevangenis, maar laat hem 's winters in een nat hemd voor een open venster in de gevangentoren plaatsen, totdat het hemd door de ijzige wind bevriest.

Terwijl de dichter een roos achter een heg staat te bewonderen, schiet Amor een pijl op hem af die hem in zijn hart wondt, en knielend moet de dichter nu de Liefdegod als zijn leenheer huldigen.

Zelfs zonder zulk een hofdichterschap brengt de vazal heel natuurlik zijn hulde, zijn gevoelens van toewijding en onderdanigheid van de leenheer op diens gemalin over, waar n.l. de vrouw zelf niet het leen bezit.

Zelfs waar er sprake is van leentoestanden, schijnt het in werkelikheid dikwels zo geweest te zijn dat de Vazallen hun grond in vrij bezit hadden en alleen maar in een vrij losse persoonlike verhouding tot de leenheer stonden, terwijl de macht van deze laatste voornamelik afhangt van de grootte zijner allodia.