Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 18 juni 2025


"Ja, maar mijn schoenen zitten nog niet goed," klaagde Leen, die met veel moeite uit het bed geklauterd was. "Stamp maar op den grond, dan zul je er wel in schieten," zei Door. "Toe, Nel, jij bent al verder dan ik, help jij haar even met 't haar. Ik moet mij nog wasschen. Maar waar is mijn handdoek? Wie heeft mijn handdoek toch gezien?" "Pak den mijnen maar, die hangt op den stoel.

Hij vertelde hun zijn geheim en van dien tijd hebben ze vaste woonplaatsen in het dal. Door kleine dalen, die al woester werden, kwamen we eindelijk in het geheel gesloten dal van Rozloe, waarboven de romantische rotsen en toppen van den Soendrinar opsteken. Het land is een leen of djagir, vroeger geschonken aan Randjit-Singh.

Li krijgt het koffertje te leen. La verricht nieuwe wonderen. De Koning ontvangt een splinternieuw koffertje. Hoe hij beetgenomen werd. De kroonjuweelen zijn gestolen! Het verhaal van de diefachtige poes. Li heeft de diamanten te pakken. De groote ontdekkingsreiziger steekt met zijn jacht van wal. Terug op De Vogel. De reis naar Transvaal. Hoe het met de diamanten afliep.

Natuur bestemde ons hart tot Amor's leen En heeft het hem tot vaste woon gegeven; En sluimrend beidt hij daar, kort bij den een, Bij d'ander lang, den dag van 't nieuwe leven, Wen Schoonheid als een vrouw vol deugd verschijnt, En zoozeer 't oog bekoort dat 't in 't gemoed Een hoog verlangen tot haar wordt geboren,

Het gelaat van den moddelleur betrok bij dat woord en min of meer kortaf zei hij: In allen gevalle lever ik artistiek werk en als u mij de afgietsels laat maken, is de eene zoo goed als de andere maar u moet me geen hoop-werk laten maken, ik leen mijn naam voor zoo iets niet.

Een ander moge hogere ambten najagen voor mij uw lieflijke tegenwoordigheid is mijn grootste geluk, ik vraag niets meer." De Koningin grimlachte en zag met misprijzen op de vleier; want zij begreep hoe zeer zijn hart die woorden loochende. Zij sprak met nadruk: "En indien ik u het land van Vlaanderen ten leen wilde geven?"

Intusschen viel het den Graaf gemakkelijker een verlijbrief te geven, dan de stad-zelve, die reeds van wege den Hertog met krijgsvolk bezet was geworden, aangevoerd door Jan van Elshout. Waarschijnlijk had deze laatste, die toch aan de Heusdens was vermaagschapt, eenige hoop, het leen voor zich te bekomen.

"Mijn waarde Descomulgado," zei hij tot den woekeraar, "ik bedenk daar iets, namelijk dat ik een groote dwaas ben. Ik leen slechts zooveel als noodig is om mijn schuld af te doen, zonder eraan te denken dat ik dan geen cent overhoud en ik zal je dus morgen weer een bezoek moeten brengen.

Als een arme drommel van een' confrater, met een zwaar huishouden belast, hem in de volgende week tien gulden ter leen vroeg, dan antwoordde hij: "Jongen, je weet, dat ik het nooit doe;" en herinnerde zich te gelijk, hoe het hem, eergisteravond, bij het tooneel tusschen Ninus en Semiramis, op nieuw gebleken was, dat zijn hart wel op de regte plaats zat.

Ik vind, dat je hun aanbod had moeten aannemen, Vader." "Neen, Moeder. Ik wil van niemand geld aannemen, niet als geschenk en niet te leen. Ik wil van mijn schulden af komen, d

Woord Van De Dag

schapenhoedster

Anderen Op Zoek