Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 17 juni 2025


Het Friesche tipelen geschiedt niet een kort stokje, dat aldus op een steen wordt gelegd, dat men het kan doen opspringen, door er met een langer stok op te slaan. Of wel, het korte stokje wordt over een kuiltje gelegd en met den langen weggeslingerd; de tegenpartij tracht dan het vliegend stokje op te vangen. Ook in Groningen kent men dit spel, zie Driem. Bladen IX, bl. 63.

In dit kuiltje legt het wijfje 2 groote, langwerpige eieren met dikke, grof korrelige, bijna glanslooze schaal; deze vertoont op grijsachtig groenen, bruinachtigen of lichtgroenen grond een teekening, die uit grijze en roodachtig grijze ondervlekken, met roodbruine en donkerbruine bovenvlekken, stippels en krullen bestaat, doch overigens sterk varieert.

Hij eet allerlei Insecten, vooral Zandkevers, Vliegen, Waterspinnen, Wormen, kleine Schelpdieren, Visschen en, naar uit de bovenstaande mededeelingen blijkt, ook stukjes vleesch van grootere Gewervelde Dieren. Het wijfje legt hare eieren in een kuiltje in den grond en bedekt ze met zand, wanneer zij bij 't broeden gestoord wordt. Slechts toevallig komt men dus op het spoor van de broedplaats.

De bisschop knielde neder en bad, dat God, "Die voor zijn volk in de woestijn water had doen vloeien uit de rots, met diezelfde barmhartigheid uit den zandigen bodem water voor zijne dienaren zou doen opborrelen". En ziet, onmiddellijk wordt het kuiltje gevuld door eene zoetwaterbron.

Elk speler tracht een bal in een der kuiltjes te werpen; en nu is het de taak van den speler, in wiens putje de bal terecht komt, den bal te grijpen en een der wegvluchtende spelers te treffen. Hij, die geraakt wordt, krijgt een steentje in zijn kuiltje, en eveneens als de achtervolgende speler met werpen mist.

In plaats van kuiltjes bezigt men dikwijls een hoed of pet, hetgeen invloed heeft op de benaming. Een zeer aangenaam spel, met veel afwisseling, maar dat zelden meer gespeeld wordt, is het beerhoeden, waarbij een der spelers een grooten bal in het grootste kuiltje tracht te drijven, hetgeen de andere spelers, die hun kleiner kuiltjes hoeden, met hun stok trachten te beletten.

Als de tijd van 't eieren leggen nadert, ziet men één mannetje in gezelschap van twee wijfjes, of omgekeerd een wijfje vergezeld door verscheidene mannetjes soms ver van het strijdperk, in de nabijheid van de plaats waar later het nest gevonden wordt. Deze is zelden ver van het water verwijderd, dikwijls een iets hoogere plek in het moeras. Het nest zelf bestaat uit een ondiep kuiltje, dat met een gering aantal dorre halmpjes en grasstoppels bekleed is. Het bevat gedurende den broedtijd 4, zeldzamer 3 eieren van aanzienlijke grootte, die op olijfbruinachtigen of groenachtigen grond roodachtig bruine of zwartachtige vlekken hebben, op het dikkere einde gewoonlijk meer dan aan het spitsere. Het wijfje broedt alleen, 17

"Als de Heeren het dan zoo verkiezen," zeide Helding: en hij vervolgde aldus met zijn gedicht: "Lief Kuiltje! zeg mij toch, indien gij 't kunt verhalen, En prent het mij ter dege in, Hoe zijt gij toch ontstaan? en wat toch deed u pralen, Zoo schoon, als geen Apèl het beter konde malen, In 't midden van die ronde kin?" "Bravo! bravo!

"Juist!" antwoordde Contour: "'t geen aldus begint ... och! hoe begint het ook weer?" "Lief kuiltje!..." hief Helding aan. "Juist: lief kuiltje.... Stilte, Mijne Heeren! Ga voort, mijn waarde Heer Helding!" "Ja! maak dat wij uit dat kuiltje komen," zeide Lodewijk.

Een fourageerende Spreeuw levert een alleraardigst schouwspel op. Bedrijvig loopt hij op den bodem rond, rusteloos keert hij zich nu eens naar den eenen, dan weer naar den anderen kant, zorgvuldig doorzoekt hij ieder kuiltje, ieder boschje gras.

Woord Van De Dag

zelenika

Anderen Op Zoek