Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 9 november 2025


Hij gehoorzaamde aan dit gebod en zegde: "Mijne heren, de goede lieden van Kortrijk doen u door mij kennen dat zij de Fransen uit hun stad verjaagd hebben, en dat er vijfhonderd derzelve zijn doodgeslagen; maar nu bevindt de stad zich in de grootste nood.

De Chatillon had Mijnheer De Mortenay tot stadsvoogd benoemd, en was naar Kortrijk teruggekeerd want hij betrouwde de Bruggelingen niet genoeg om binnen hun muren te wonen. De soldeniers, die hij in de veroverde stad gelaten had, begingen allerlei misdaden en plaagden de burgers op een boosaardige wijze.

Gij zult het dus niet vreemd vinden dat wij u overal evenals uwe schaduw vergezellen. Gelief ons nu te volgen." Zij gingen door het dorp Oostcamp en kwamen welhaast op de groote baan van Kortrijk naar Brugge. Hier vonden zij het grootste gedeelte des legers, dat in dichte gelederen geschaard, op de baan stond.

Ik ken hun gewoonte: zij hebben hun voorraad in de stad gelaten. Blijf gij hier in slagorde, en ik met mijn lichte ruiterij zal ze van Kortrijk afsnijden en hen met kleine aanvallen bezig houden.

Zij heeft insgelijks veranderingen ondergaan en vertoont: Mozes en den Zaligmaker; Albert en Izabella; O. L. Vrouw, met haar kindeken op den arm; Sint Marten, met het wapen van Kortrijk in de hand; Sint Salvator, met het wapen van Harelbeke; Sint Pieter, met het wapen van Tielt; Sint Egidius, met het wapen van Deinze; Sint Vedastus, met het wapen van Meenen, en Sint Elooi, met het wapen der dertien parochiën.

Gwyde, en al de andere ridders die geen bende aangebracht hadden, waren in Kortrijk gehuisvest; het ganse leger stond reeds enige tijd op de beschreven wijze geschikt en er was nog niemand van hen gekomen.

Wanneer eene aanzienlijke edelvrouw als YOLENTE COURTROISIN, uit het geslacht der kasteleinen van Kortrijk, zich zóó ver vergeten kon, dat zij een baljuw in de uitoefening zijner bediening grovelijk beleedigde en met een stok mishandelde; wanneer de kanonniken der hofkapel te 's-Gravenhage elkaar niet zelden in het koor bespotten, scholden, stootten en sloegen dan kan de beschaving onder den adel over het algemeen geen hoogen trap hebben bereikt .

Zoo zag ik nog in 1883 te Kortrijk een nieu opschrift: »In den Rifleman." Nieuerwetscher kan het niet.

Amen MCCCII." Boven de gouden vaten, kostelijke stoffen en rijke wapenen, vond men op het slagveld zevenhonderd vergulde sporen, welke de Edelen alleen dragen mochten, men hing dezelve met de gewonnen Standaarden aan het gewelf der Vrouwekerk te Kortrijk, en daarvan werd het gevecht de slag der gulden sporen genaamd.

Maar de Vlaamsche gemeentemannen zouden het menschonteerende schelmstuk beletten! Op den Groeningen kouter, bij Kortrijk, wachtten zij, in dichte gelederen, de vreemde indringers af en deze meenden, reeds bij den eersten aanval, de nederige poorters te verpletteren, die zij verachtten. Eene smalle beek liep door de moerassige weide en scheidde beide legers van elkander.

Woord Van De Dag

kei

Anderen Op Zoek