Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 20 juni 2025


Alle mannelijke Mantelbavianen begaven zich naar den rand van de rots, knorden, bromden, brulden en sloegen woedend met de handen op den grond; aller oogen richtten zich omlaag, de geheele bende rende heen en weer; eenige bijzonder grimmige mannetjes begonnen bij den rotswand naar beneden te klauteren.

En nadat in den morgen 't wolkje zich had verheven, om zijn hoeve binnen te gluipen, bleek het, dat niet alleen de Lappe, maar ook 't vee 't dreigend gevaar had gezien of gevoeld. Want de stomme dieren loeiden en blaatten en knorden en snoven, omdat ze wel wisten, wat het witte wolkje te bedieden had. De Lappe echter stond roerloos, of hem de heele zaak niet aanging, zijn tijd beidend.

Jankend, huilend, knorrend, keffend, tandenknarsend renden zij, elkander af en toe op oorvegen onthalend, de kooi rond, alsof zij dol en van zinnen waren; begeerig keken zij naar het vleesch, wentelden zich, als de oppasser het hun niet oogenblikkelijk toereikte, als 't ware vol wanhoop over den grond, schoten, zoodra het stuk hun toegeworpen werd, er gretig op af, en kauwden nu, terwijl zij druk smakten, knorden en bliezen, zoo ijverig, slokten en verzwolgen zoo gulzig, dat men er niet aan kan twijfelen, of de sprookjes van de oude schrijvers hebben hun ontstaan en in zekeren zin hun rechtvaardiging gevonden in het waarnemen van het gedrag van zulke gevangene Veelvraten.

Toen het blaffen niet ophield, voegden zich daar nog andere tonen bij: ezels balkten, varkens knorden, paarden snoven, katten miauwden, wat alles in de stilte van den nacht duidelijker dan ooit hoorbaar was. Don Quichot behaagde dat volstrekt niet, daar hij al die geluiden voor slechte voorteekens hield, hoewel hij er niets van zei, maar stil aan Sancho Panza's zijde doorreed.

Ik had haar liefde geweigerd en veranderde niet in een zwijn. Maar terwijl zij verdween in een glans van gouden sulfer, zag ik alle de zonnebloemen verlept. En woei over het tooverlandschap als een vale nevel... De twee zwijnen knorden wanhopig en wentelden in een cirkel rond.

Het geheim van het duister was steeds nog in het Haagsche Voorhout, de zware boomen wilden den nacht behouden, doch daar in een onbewaakt oogenblik was 't het eerste zonnestraaltje, dat over 't mos schoot, en vol-uit volgde een bundel van rooden glans. Blijde begonnen ineens alle vogelen te zingen. Voor de huizen der 's Gravenhaagsche burgers kakelden de kippen, knorden de zwijnen.

Nooit bromde de hond meer, evenmin legde de aap eenige onrust aan den dag. De twee vrienden want dit waren zij snuffelden niet meer om de opening van den put; zij blaften en knorden niet meer op die zonderlinge wijze, die reeds in het begin de aandacht van den ingenieur getrokken had. Maar kon deze verzekeren dat dit raadsel uit was en dat het nooit opgelost zou worden?

Woord Van De Dag

innewaerts

Anderen Op Zoek