United States or Liberia ? Vote for the TOP Country of the Week !


Het duurde niet lang, maar zij konden nergens schuilen, en in enkele minuten waren zij allen doornat. De druipende mannen zagen er uit als uit het water gehaalde honden, en de vrouwen zaten allen "in de zij" gestoken, zooals ze 't schaterlachend noemden: al hun kleeren plakkend om het lijf gegoten, met natten weerglans als van fijn-glimmende zijde. "Kijk ne kier! Kijk ne kier!

Bedenk eres wat 't is om moeder te zijn; kijk eres, daar leit je lieve schaapieDit troostrijke vooruitzicht op moederweelde miste blijkbaar de bedoelde uitwerking. De zieke schudde 't hoofd en strekte haar handen uit naar het kind. De dokter legde het haar in de armen.

Heb je haar dan niet meer gezien?" "Wie?" schreeuwde Rodolphe. "Maar Mimi natuurlijk!" "Wat?" stamelde de dichter, die doodsbleek werd. "Ik had me vergist. Toen ik je die vreeselijke tijding schreef, was ik het slachtoffer van een dwaling. Kijk eens, ik was in twee dagen niet in het ziekenhuis geweest. Toen ik den derden dag weer terugkwam, vond ik het bed van je vrouw leeg.

Kijk, hebben wij niet eens gevraagd wat de paarden van die groote reis denken. Hij liep op eenen draf naar Vermout, en zeide: Zeg eens oude heer, wat denk je van zoo'n rit van een duizend mijl of drie? Vervolgens richtte hij tot Gladiator het woord: Wat zeg jij er van, met je stramme beenen?

»Het isantwoordde Rose, »dat je moet trachten mij te vergeten; niet als je oude trouwe speelmakkertje, want dat zou mij pijn doen; maar alleen als het voorwerp van je liefde. Kijk om je heen en denk er eens aan, hoeveel harten er in de wereld te winnen zijn, waarop je trotsch kunt wezen.

Ik kijk naar de lucht: het is waar, de vreeslijke vogels, die op dit uur gedurende twee maanden een hellekrocht hebben gemaakt van onzen tuin... zijn niet terug gekomen. Op de straat kijken de menschen, de badauds van Florence, ook naar de lucht en te vergeefs. Komen ze misschien niet wat later? vraag ik. Neen, zegt Antonio beslist, die het schijnt te weten. Ze zullen niet meer komen.

Als gehypnotiseerd lag ik tegenover hem. Bob bracht nu zijn ééne beentje over den dicht geknipten neerslag van zijn ledikant, hield zich met de mollige knuistjes om den rand stevig vast en hoonde "...Kijk us, ik klim... ik gao faole... Je moet toch op me passe... Eetje..." Niet één willekeurige spier van mijn lichaam bewoog zich. Behalve één oog lichtelijk om hem te kunnen volgen.

Daar ebje die alkemeen sontvloet! daar ebje moeder met kindj' en kindj' met moeder! Kijk die kwaai jonk, die leit niet sijn bloote b.... in 't water. Herr-Rtt! weer op een andere kane bier! , , , Juffrouw!"

We zijn allemaal bij elkaar gelijmd uit niet-bij-een-passende stukjes, goed en slecht en sterk en zwak wij modern-onrustigen. Ieder mensch is 'n eenheid van tegendeelen." "Toch niet allemaal," zei Go zachtjes, die niet thuis was in de Hegliaansche terminologie, "kijk Elsi en Henri nu 's, en Hans en Frieda " "Wat weet iemand eigenlijk van den ander af!

"Kijk eens, dit m