Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 27 juli 2025
Intusschen smaken genen toch maar de zaligheid van zichzelf te behagen, ja, zichzelf toe te juichen, zoodat zij, dag en nacht bezig met die heerlijke kleingeestigheden, zelfs geen oogenblik beschikbaar hebben om ook maar éénmaal het evangelie of de brieven van Paulus op te slaan.
Het was alsof zij soms uiting geven moest aan het gevoel van vroolijken levenslust in haar hart, want over 't geheel was zij zeer gelukkig in haar tegenwoordig leven en er waren oogenblikken, waarin hare zonnige natuur haar bijna dwong tot juichen en zingen.
Zijn bitter denken werd nu felle pijn, een scherpe, fijne pijn.... En zijn verbeelding was zoo vast als werkelijkheid.... 't Was of hij 't voor zich zag ... dáár, dáár.... Louis en Annie, en al die menschen aan dat laatste feestmaal.... Hij zag zijn broer, diens glad geschoren, wel-verzorgd gelaat, en glijdende handen, zag dat lachen, juichen, klinken, zij naast haar mooien man, stil, bleek, vermoeid, en als een stervende zóó ernstig.
Veel invloedrijke Europeesche ambtenaren juichen zijne voorstellen warm toe en van dezen hangt het welslagen van de plannen van onzen vriend af. Wij hebben veel vrienden onder de Europeesche bestuursambtenaren en deze zullen 't streven van Mr.
Wanneer dan de schrijver den volgenden dag op het vastgestelde uur deftig en met afgemeten passen zijn manuscript opgerold in de rechterhand zich naar den schouwburg begaf, stond het publiek aan weerszijden van den weg "en haie" opgesteld. Zoodra Ibsen zijn stuk afgegeven had en huiswaarts keerde, begonnen de toeschouwers, die tot nog toe zich kalm hadden gehouden luidkeels te juichen.
Welk een zegepraal zou dit voor den vromen leeraar zijn, en hoe zou hij juichen over het afgedoolde schaap, dat hij door Gods bijstand tot den eenigen Herder had teruggebracht! en bij het nagebed zond ik ook het mijne op voor den armen boeteling.
Gedurende het alleen zijn in Les Charmettes met zijn gepeinzen: een innig natuurgevoel, toen nog maar in enkele menschen levend, de drang een te worden met de natuur, het vermogen in haar de stemmingen terug te vinden van 't eigen gemoed, de eigen ziel te hooren weenen of juichen.
Ik hou den wagen even stil om te "genieten". Ook mijn dames "genieten". Zij juichen zelfs niet, zoo innig poes-gezellig als ze "genieten". Zullen we maar een poosje zwijgen, de oogen sluiten en ons met uitgestrekte armen en beenen zacht in de zon laten roosteren? O, het is zalig!
In die stukken leggen zij hunne opinies bloot over veel, dat sedert jaren heimelijk de gedachten beroert van zoo niet alle, dan toch het grootste deel der Inlandsche ambtenaren. Niet alleen de hoogsten van 't land, doch ook de minderen laten hunne stemmen hooren. De dagbladen noemen dit een verblijdend teeken des tijds en juichen 't zeer toe.
Vele lieden, die gedurende de bestorming zich hadden verschuild gehouden, kwamen nu naar de wallen geloopen, om daar met de gewapende poorters en met de Kerels over de behaalde zegepraal te juichen, of om zich te verzekeren dat hunne bloedverwanten of vrienden niet in den strijd gesneuveld waren.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek