Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 3 juli 2025
Gij zaagt hem, om het zoo uit te drukken, aan den éénen kant, en gij vraagdet: Wat kan hij doen? Ja, dat waren mijne gedachten. O, meester, ging Simonides voort, gij weet niet hoe sterk ons Israël is. Gij stelt u ons volk voor als een oud man, weenende bij de rivieren van Babylon. Maar ga met het volgende Paaschfeest naar Jeruzalem, naar den tempel, en zie rondom u.
Hij las verder: Ziet, de dagen komen, spreekt de Heer, dat ik aan David een rechtvaardige Spruit zal verwekken, die zal koning zijnde regeeren, en voorspoedig zijn, en recht en gerechtigheid doen op de aarde. In zijne dagen zal Juda verlost worden, en Israël zeker wonen ... hoort gij wel, meester, als een koning zal hij heerschen!
Maar zooals nu Israel in de woestijn plotseling niet meer ploegt, en niet meer zaait, en niet meer maalt, maar opeens het Goddelijk Manna gereed vindt liggen als een brood, dat uit den hemel is neergedaald, zoo ook gaat het onder het Genadeverbond toe.
Voorts, men is gewoon van Jeruzalem te spreken alsof dat Israël was, en Jeruzalem is toch slechts als een steen van den tempel, of als het hart in een lichaam.
Groote dingen zullen door UEd. in Israël uitgericht worden. Ik heb de eer UEd. hiernevens aan te bieden.... virum juvenem egregium, magno ingenio vel magni ingenii, want beide zegt men, teste Gerardo Joanne, viro celeberrimo.... een voortreffelijk jong mensch, den Heer.... ja hoe heet hij,.... Van der Hummes of zoo een naam, sed nominum vana curiositas.
Wat verder ligt de vischmarkt: hier vindt men visschers uit Huizen, uit Marken, uit de zeedorpen langs het IJ, met hunne breede schouders en wijde broeken: op eenigen afstand van daar ontmoet men tuiniers en fruitverkoopers, warmoeziers uit de vette kleigronden en uitgemalen polders om de stad, en het gastvrij hier opgenomen kroost van Israël, hunne waren achter kruiwagens en stalletjes ventende.
Zelfs een kameel onthoudt het onrecht, dat hem aangedaan werd, riep Ilderim opgewonden. Er is een werk, zeide Simonides, een werk voor den koning, dat gedaan moet worden vóór zijne komst. Wij mogen niet in twijfel trekken, dat Israël zijne rechterhand zal zijn; maar helaas, die rechterhand is een hand des vredes, ongeoefend in den krijg.
»Gij zult uwe knechten groote vreugde bereiden," hervatte de priester. »Onze olijfboomen en wijnstokken zullen bij uwe nadering schoonere vruchten dragen; onze poorten zullen verwijd worden om u te ontvangen, en Israël zal zijn heer met gejubel inhalen, dubbel verheugd, wanneer het hem als nieuwen bouwheer...."
Met groote verbazing ging dat woord van mond tot mond, maar Rabbi Jozef vervolgde: Is hij een zoon van Israël? Hij is een Jood, antwoordde de Romein droogjes. Het medelijden der omstanders, dat sterk verminderd was, groeide op eens weer aan. Ik weet niets van uwe stammen af, vervolgde de hoofdman, maar kan u wel zeggen wie zijn familie is.
Maar wat was de reden dat Israël geen oog had gehad voor dat kind van Bethlehem? Hoe kwam het dat hij er nooit van gehoord had? Balthasar moest hem opheldering geven: Waar was dat kind nu? En wat moest het doen? Kon ik u dat maar zeggen, antwoordde Balthasar. Wist ik maar waar hij zich ophoudt, ik zou mij dadelijk opmaken en tot hem gaan. Zeeën noch bergen zouden mij kunnen weerhouden.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek