Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 24 mei 2025


Zij behoorden tot die moedige zeelui, welke in alle weer en wind de schepen opzoeken en zeer goed met de zee bekend zijn. John Bunsby, een man van omstreeks vijf en veertig jaren, krachtig gebouwd, verzengd door de zon, met een levendig oog, een gespierde gestalte en die zijn vak goed verstond, zou een ieder vertrouwen ingeboezemd hebben. Phileas Fogg en Aouda gingen nu aan boord.

De heer Delale, hoofd van het openbaar onderwijs, is zoo welwillend, mij tot gids te strekken bij het bezoek, dat ik mij voorgesteld had te brengen aan de voornaamste scholen van de stad. De quaestie van het onderwijs, dat in de koloniën aan de inlandsche bevolking wordt gegeven, heeft mij altijd veel belang ingeboezemd en leidde mij tot merkwaardige vergelijkingen.

In het tegenwoordig geval werd de vrees voor eenig naderend gevaar ingeboezemd door een eerbiedwaardigen profeet in de gestalte van een grooten, mageren, zwarten hond, die op zijne achterpooten zittende, jammerlijk huilde, toen de eerste ruiters de poort uitreden, en vervolgens met woest geblaf heen en weer sprong, voornemens naar het scheen het gezelschap te volgen.

Maar al zeide mijn verstand mij dit, mijn oogen moesten toch gelooven, wat zij aanhoudend zagen; als Vitalis het wilde, dan was zijn voorkomen even voornaam als dat van mevrouw Milligan; het eenige onderscheid tusschen hen was, dat mevrouw Milligan altijd een dame was, terwijl mijn meester slechts in enkele omstandigheden zich als een heer voordeed; maar hij was het dan ook zoo volkomen, dat hij zoowel den stoutmoedigste als den onbeschaamdste ontzag zou hebben ingeboezemd.

Zij begonnen te vreezen, en zouden zich zeker verraden gewaand hebben, had niet de waarschijnlijk berekende stilte der wapenknechten hun nog eenig vertrouwen ingeboezemd. Walter Van Lillers, die den proost bij den schouder hield en hem voortstuwde, fluisterde aan zijn oor: "Laat u doen en wees stom; niet al mijne mannen zijn met ons.

De Deken der wevers ving in dezer voege aan: "Broeders, heden moet de zon onze vrijheid of onze dood bestralen. Verenigt derhalve al de onversaagdheid, welke u door de liefde tot het Vaderland kan ingeboezemd worden: denkt wel dat gij voor de stad, waar het gebeente uwer vaderen rust, voor de stad waar uw wieg gestaan heeft, vechten moet.

De onderdrukking aldaar minder zynde, is de gisting ook minder geweest, op het oogenbik dat de oude orde van zaken vernietigd wierd: maar het was onmogelyk, dat menschen, verpligt voor anderen te werken, zonder eenig nut voor hun zelven, eensklaps vry en meesters van hunne daden zyn zouden, bekwaam om van gezagvoerende posten voorzien te worden, even als de geenen, die te vooren hunne meesters waren, en voor wien men hun tot hier toe eenen Godsdienstigen eerbied had ingeboezemd; het was onmogelyk, zeg ik, dat zy zig met aan eene onbezonnen vreugde zouden overgeven, en dat de Plantagiën, en dezelver bebouwing, niet in zekeren zin verlaten zouden worden, zoodanig zelfs, dat hunne zorgeloosheid hen noodwendig in gevaar moest brengen, om van honger te vergaan.

Ik vernam, geduurende den loop van ons gesprek, dat zy het was, die my in myne ziekte het hartsterkend middel, de tamarinden, en de mand met orange-appelen gezonden had, "als een blyk van erkentenis, waar van zy doordrongen was uit hoofde van het mededogen, het welk haare droevige staat aan my had ingeboezemd". Al het geen ik toen voor deeze ongelukkige doen konde, bestond in het verzoeken der edelmoedige bescherming van den heer LOLKENS ten haaren voordeele.

Deze raad hinderde mij; ik bedacht, dat ik dan wel kans had kennis te maken met de gevangenissen van Madrid, die me niet geriefelijker voorkwamen dan de andere. Mijn onschuld was geen reden tot gerustheid; wat mij al overkomen was, had mij een heilige vrees ingeboezemd voor alles wat justitie was.

Had zijn eerste liefdesgeval hem misschien al niet wijs gemaakt, de uitkomst had hem geen zelfvertrouwen en gevoel van onweêrstaanbaarheid ingeboezemd. Terwijl dit een en ander in Veervlug's ziel opkwam, was de zomerzon druk bezig zijn aangezigt te roosteren, en zou men het aan zijne bepoederde kleederen niet gezegd hebben, dat de straatweg nog gisteren zoo overmatig bevochtigd was.

Woord Van De Dag

vuistdreigend

Anderen Op Zoek