Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 25 juli 2025


Dat verzoek voorziende, heb ik alles in orde gebracht en leg ik u hier een opgaaf voor hetgeen tot een volkomen begrip noodig is. Zij omvat twee zaken: het vermogen en onze onderlingen verhouding. Wat hier geschreven staat zal u alles duidelijk maken. Wilt gij het nu lezen? Ben-Hur nam de rol aan en zag naar Ilderim. Neen, zeide Simonides, laat de tegenwoordigheid van den Sheik u niet weerhouden.

Esther merkte op dat Ben-Hurs gelaat nog bleeker was dan straks, en Simonides zeide tot Ilderim: Ik zou mij zeer moeten vergissen, goede Sheik, als onze jonge vriend niet iets in het schild voert. Ik zie het aan zijn gezicht; en Ilderim antwoordde: Zaagt gij hoe frisch mijn paarden er uitzien? Alsof zij pas van stal komen! Het echte rennen moet nog beginnen! Maar nu opgelet!

Met Ilderim heb ik de zaak reeds besproken. Wat is uw antwoord? Ben-Hur zag den Sheik aan. 't Is zooals hij zegt, zoon van Hur, antwoordde de Arabier. Ik heb mijn woord gegeven en daarmede is hij tevreden; maar ik zal mijzelven met al de strijdbare mannen van mijnen stam onder eede aan u verbinden. Simonides, Ilderim en Esther zagen Ben-Hur in gespannen verwachting aan.

Den vrede, dien gij mij toewenscht, bid ik u wederkeerig toe, goede Sheik. Ik dank u voor zooveel welwillendheid. Ik ben gereed. Ilderim klapte in zijn handen. Ik zal de paarden hier laten komen. Zet u neder. Zijn zij reeds opgetuigd? Neen. Vergun mij dan, Sheik, dat ik het zelf doe. Het is noodig, dat ik kennis maak met uwe Arabieren.

Esther kan getuigen, dat ik u terstond herkende. Dat ik u niet aan uw lot overliet, daarvan is Malluch het bewijs. Malluch! riep Ben-Hur. Die aan zijn stoel gebonden is moet vele en vèrreikende handen hebben. Zoo heb ik er verscheidene en Malluch is een van de beste. Soms ook roep ik de hulp in van goede vrienden, zooals Sheik Ilderim den edelmoedige.

Het moet even vlug zijn als de andere. Ilderim keek hem verwonderd aan; maar zonder opheldering te vragen riep hij een der slaven. Laat hen het tuig voor de vier brengen, en den teugel voor Sirius, beval hij. Toen stond de Sheik op en zeide tot Ben-Hur: Sirius is mijn lieveling en ik ben de zijne, zoon van Arrius.

Hallo, hier! Een bediende trad naar voren. Laat mijn Arabieren binnenkomen! De man trok het gordijn in het midden der tent open, waardoor een groepje paarden zichtbaar werd, die een oogenblik aarzelden en staan bleven, alsof zij niet zeker waren van de noodiging. Komt, zeide Ilderim, waarom blijft ge staan? Wat heb ik dat niet het uwe is? Komt, zeg ik. Zij kwamen langzaam nader.

Ilderim lachte en zeide: Zou niet een man zijne jeugd genieten? Toen keerde Ben-Hur zich tot den bode en zeide: Zeg tot haar, die u zendt, dat ik, Ben-Hur, haar morgen bezoeken zal in het paleis Idernee, op het door haar aangegeven uur. De knaap groette beleefd en ging heen.

De tenten werden afgebroken, paarden en kameelen gezadeld en bepakt, en toen verliet de gansche karavaan, het vee voor zich uitdrijvende, het schaduwrijke plekje in het Palmbosch. Werd Ilderim, zooals hij vermoedde, bespied, wat nood? Weldra zou alles, wat hij aan waarde met zich had genomen, op weg naar de woestijn zijn, buiten bereik van wien ook.

Tienduizend ruiters, zonen der woestijn, zullen vandaag vragen: Hebt gij ook iets van Mira gehoord? en op het antwoord: Zij is welvarend, zullen zij zeggen: God is goed! God zij geloofd! Mira, Sirius, namen van sterren, is het zoo niet, Sheik? vraagde Ben-Hur, terwijl hij eerst de vier en toen den vader liefkoosde. En waarom niet? antwoordde Ilderim.

Woord Van De Dag

soepe

Anderen Op Zoek