Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 9 juni 2025
En daarom is er in de woelzieke ontevredenheid, die zich steeds sterker onder de lager geplaatsten openbaart, ongetwijfeld een deel zondige vermetelheid en hoovaardij, die hen belet, vrede te hebben met Gods vrijmachtige beschikking over hen; maar toch is er ook in een aanmerkelijk deel rechtmatige klacht tegen de vermetelheid en hoovaardij, waarmeê de hooggeplaatsten op hen neerzien.
Gij wilt toch niet, Keetje-lief, dat wij een knaap, die nu ruim twee jaren op zijn eigen wieken gedreven heeft, weder als een schooljongen gaan behandelen? En hoewel ik niet verlang, dat hij Helding tot een huisvriend make, zoo heeft mij de dankbaarheid des mans toch getroffen en wil ik niet, dat hij ons van hoovaardij beschuldige.
Maar hier is ten eerste de bedoeling van praal en tooi reeds overwegend boven die van zuivere schoonheid, en bovendien trekt de persoonlijke hoovaardij de kleedingkunst in de sfeer van het hartstochtelijke en zinnelijke, waar de eigenschappen, die het wezen der hooge kunst uitmaken: de evenmaat en harmonie, bezwijken.
Och, waarom anders, dan omdat elk mensch in inbeelding des harten omwandelt, als ware hij de zon, en dat de maan en de sterren zich voor hem neerbogen, ja, als bestond zelfs God de Heere enkel om hem; om hem in den nood te hulpe te komen, en een hemel te verzekeren na zijn dood. De oude droom van Jozef; maar nu niet in wondere profetie, neen, maar uit de booze hoovaardij des harten.
In het Geld voer de hoovaardij, en toen eens de hoovaardij er in was gevaren, wierd het Geld middel om teugelloos aan zijn driften bot te vieren; anderen op den nek te trappen; en als een Djaggernaut de volken te vertreden onder de raderen van zijn zegekar. Geld of God wierd de vraag, waarvoor onze eeuw op haar Karmel kwam te staan. Wie zal God zijn?
En zoo nu de herinnering aan 't geen gij jegens een vriend misdreven hebt, u vervolgt, laat er dan nog ééne bijkomen: de herinnering aan de vrouw, dien gij eenmaal hebt liefgehad, maar die gij hebt opgeofferd om te voldoen aan uw zelfzuchtige hoovaardij!... Siddha weifelde. Zou hij gaan? Kon hij blijven? Wel wenschte hij dit; maar was het overeen te brengen met zijn gevoel van eer?
In zooverre mag er nooit aarzeling of onzekerheid in ons zedelijk bewustzijn heerschen. Dat moeten we zoo inzien en gelooven. We moeten het aandurven en zeggen durven ook. Met dat te verzwijgen breken we onze kracht. Maar, en dit springt terstond in het oog, juist hierin dreigt dan ook het ontzettend gevaar van zelfverheffing en hoovaardij.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek